In het dispuut dat er is ontstaan in de kwestie Sasur en de advocaten van de Staat Suriname is er nog een mogelijkheid die open staat. ‘Het is helemaal niet zo dat de zaak reeds als verloren beschouwd moet worden, zoals mr. Jennifer van Dijk-Silos, advocaat van de Staat, heeft verkondigd’, zegt een betrouwbare bron aan de redactie van Dagblad Suriname. ‘Bovendien werken wij in Suriname bij de behandeling van een zaak als deze, niet met een grievenstelsel. Op de zittingsrol wordt de zaak geplaatst voor een dagbepaling/pleidooi, conform art. 277a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (BRV). Ook andere artikelen staan ons nog ten dienste, zo bijvoorbeeld art. 274 en art. 280. Het staat partijen vrij om een pleidooi in te dienen’, vertelt de bron. ‘Nu de Staat Suriname in deze situatie is gemanoeuvreerd, moeten de staatsadvocaten niet bij de pakken gaan neerzitten. Zij moeten modellen uitwerken om deze zaak alsnog naar zich toe te trekken. Één van de mogelijkheden hierbij is dat er gemotiveerd een verzoek wordt ingediend voor heropening van de behandeling van deze kwestie.’
Op de bewuste zittingsdag waren de staatsadvocaten niet persoonlijk op de zitting aanwezig, maar zou slechts de klerk zich in de zaal bevinden, aldus de bron. De buitenwacht is de mening toegedaan dat de staatsadvocaten zich tot op dit moment niet ten volle hebben ingezet om deze zaak in hun voordeel te bepleiten. ‘Ze zijn zelf niet op onderzoek uitgegaan.’ Uit een gesprek met een bevoegde ambtenaar van het ministerie valt wel af te leiden dat de bewuste stukken werkelijk op het parket zijn blijven liggen. Na onderzoek is gebleken dat de stukken niet bewust zijn achtergehouden, zoals velen daarbuiten insinueren. De bedoeling is niet geweest om de zaak hierdoor een zekere wending te geven. Van enige sanctie naar die bewuste ambtenaar toe is er tot nog toe geen sprake, althans de behoefte daartoe is er niet. In feite is de procureur-generaal de hoofdverantwoordelijke en die moet zorgen dat zaken in goede banen worden geleid.
Maar als eenmaal een case voor verdere afhandeling wordt doorverwezen naar een ambtenaar, dan wordt ook verwacht dat die persoon zaken naar beste vermogen uitvoert. Omdat er geen opzet of doelbewust benadelen van een partij in het geding is, volgen er geen sancties. Het mag in kringen van de advocatuur als bekend worden beschouwd dat het Hof van Justitie een zaak niet alleen maar behandelt op basis van de grieven die zijn ingediend. Hij oordeelt op basis van alles wat in eerste aanleg aan de orde is gekomen. Bovendien, niet alles wat in de grieven staat opgesomd, wordt voor waar aangenomen. Er zijn dus nog mogelijkheden die openstaan, alleen moeten de staatsadvocaten (Dwight Kraag en Jennifer van Dijk-Silos) die mogelijkheden weten te benutten.