Ristie D. wordt ervan verdacht met twee kinderen vleselijke gemeenschap te hebben gehad. Deze verdachte ging op die bewuste dag naar de woning van de slachtoffers om zijn haar te laten vlechten. De moeder liet haar twee dochters, een van acht en een van negen jaar, alleen achter met Ristie. Tijdens afwezigheid van de moeder bracht de verdachte beide meisjes naar de slaapkamer. Daar zou hij seks hebben bedreven met de negenjarige. Met de tweede zou hij oppervlakkige seks hebben gehad.
Een getuige die toevallig langsliep, zag Ristie met de twee kinderen in de kamer. Zij rapporteerde dit aan de oma van de slachtoffers. De grootmoeder kwam naar de woning en trof de verdachte daadwerkelijk in de woning aan. Een van de meisjes zou hebben gehoord dat iemand op het erf was. Dit werd duidelijk gemaakt aan de verdachte en ook de getuige hoorde dit. Ristie probeerde met de grootmoeder van de slachtoffers te praten over dit feit. Zij wilde niets horen en deed de deur dicht voor hem. Kantonrechter Marie Mettendaf hoorde ook de twee slachtoffers. Zij werden in de raadkamer gehoord. De verklaring van de verdachte klopt, alleen de cruciale momenten ontkent hij.
Volgens Ristie zat het meisje van acht jaar op zijn schoot. Zij zou zijn geslachtsdeel hebben betast. Hiervoor zou de verdachte haar hebben gewaarschuwd. Omdat zij hem had betast, werd hij stijf en verloor de controle over zichzelf. Dit laatste gedeelte werd door de verdachte op de rechtszitting ontkend, maar bij de politie had hij deze lezing voorgehouden. Uit zijn verklaring afgelegd bij de politie blijkt dat hij de jongste oppervlakkig had betast. Deze verklaring wordt ook bevestigd door het slachtoffer en ook in de geneeskundige verklaring. Er was roodheid waargenomen bij het geslachtsdeel van het meisje, maar er is geen sprake van penetratie. De verdachte ontkent de meisjes te hebben misbruikt. Op 21 november komt de officier van justitie, Reshmi Rathipal, met haar strafvoorstel. De gevangenhouding van de verdachte blijft gehandhaafd.
Saskia Bandhan