Wij hebben toen wij onze gedachten lieten gaan over de voorstellen van de begroting van 2014 vorige maand, de samenleving erop geattendeerd dat er iets vreemd aan de hand was op de begroting van Financiën. Voor de cassavefabriek is dit jaar geld opgebracht op de begroting. Toen dit project in het prille begin aan de orde was, werd reeds aangetekend dat de betrokkenheid van beide trekkers op zijn minst als dubieus kon worden aangemerkt. Er zijn landbouwers en landbouwbedrijven in Suriname en tot die groepen behoort geen van de personen. Direct wordt gedacht aan de uitspraak van de president uiteindelijk dat er veel mensen in het spel zijn voor een ‘quick buck’. In het begin leek het erop dat de regering extra efforts zou maken om het netwerk te gebruiken om afzetmarkten te zoeken, iets dat men niet actief doet voor andere ondernemers, maar nu wel omdat er intimi in het spel zouden zijn. Toen werd gemeld dat de machines die in de fabriek zouden komen, afkomstig zouden zijn uit een kredietlijn met China. Dat komt over het algemeen erop neer dat de Staat met een zachte rente de lening ooit eens aflost. Toen ook bekend werd dat het bedrijf zou toebehoren aan de twee burgers, was er wel bezwaar. Dat zou er niet zijn als de Staat normaal kredietlijnen zou gebruiken om beginnende privébedrijven te ondersteunen met startkapitaal. Dat is helemaal niet het geval, integendeel. Surinaamse regeringen hebben de neiging gehad om ondernemers die in een verkeerde politieke kamp zitten, te frustreren. We hebben te maken met een privé bedrijf dat tegelijkertijd een staatsbedrijf is dat opgericht is door ondernemers maar als agro-processing bedrijf valt onder Financiën: een mooie combinatie. Juridisch moet een aantal zaken op een rijtje worden gezet. Een staatsbedrijf wordt opgericht door de Staat met als executieve vertegenwoordiger de regering en meer specifiek een of meerdere ministeries. Bij de keuze van de ministeries wordt gekeken naar het beleidsgebied. Deze ministeries zijn dan ook de aandeelhouders. Een water- en elektriciteitsbedrijf heeft als oprichter en/of aandeelhouder het ministerie van NH en dat geldt ook voor oliebedrijven, goudbedrijven en straks misschien diamantbedrijven. Financiën kent organen als financieel-monetaire stichtingen en het Bureau Staatschuld. Een agro-processing bedrijf kan niet vallen onder Financiën, maar onder LVV. Het probleem nu is dat LVV niet valt onder NDP, maar onder PL. Die moet niet helemaal in de keuken kijken, dus moet men kennelijk hebben gedacht: ‘dan maar een ministerie waar wij wat te zeggen hebben’. Het cassavebedrijf zal bakens verzetten in ons staats- en administratief recht. Maar vooralsnog is het fout. Is het mogelijk dat een bedrijf door twee private personen wordt opgericht en nog steeds een staatsbedrijf is? Is het mogelijk dat twee individuen voor 50/50 de aandelen bezitten van een staatsbedrijf? Deze vragen zijn eerder ontkennend dan bevestigend te beantwoorden. Als gekeken wordt naar de taakomschrijving van Financiën, dan valt niet expliciet te lezen dat dit departement moet zorgen voor operationele kosten/startkosten van bedrijven dan wel staatsbedrijven. We zien wel ‘het beheer van fondsen die voor de uitvoering van ontwikkelingsprojecten ter beschikking zijn gesteld’. In deze gaat het dus om gelden die ter beschikking zijn gesteld en in fondsen zitten. Financiën beheert die fondsen en draagt dus niet actief bij aan het spekken van de fondsen uit zijn eigen begroting. We lezen in de taakomschrijving ook ‘de bevordering van de financiering van ontwikkelingsplannen, projecten en programma’s’. Het zou te ver voeren om deze ‘bevordering’ te zien als een actieve participatie vanuit de eigen begroting. Allicht zou men komen bij het punt waar men moeilijkheden krijgt met het aannemelijk maken van selectie van de projecten die men financiert en de projecten die men afwijst. We zien ook dat Financiën als taak heeft zorg te dragen voor de investering van staatsgelden, dus in gevallen bijvoorbeeld waar de Staat met kapitaal participeert in bedrijven, die al gauw als staatsbedrijven kunnen worden aangeduid. Algemeen is bekend dat het bedrijf een privébedrijf is met twee aandeelhouders, waarvan één een partner van de Buza-minister en één een honorair consul van Barbados, een land dat het product van het bedrijf zal afnemen. Is het mogelijk dat een particulier bedrijf geplaatst wordt onder een minister ten laste van de begroting van dat departement? De bijdrage vanuit de regering aan het bedrijf van de twee privé personen is voorgesteld om SRD 2 miljoen te zijn, bedoeld ter dekking van de operationele kosten en het plegen van investeringen in de startfase van dit bedrijf. Tijdens de begrotingsbehandeling zal de Financiënminister hierover meer uitleg moeten geven, stelden wij eerder. Er zijn een heleboel bedrijven met een behoorlijke spin-off die ook enkele miljoenen SRD van de Staat kunnen gebruiken om kwalitatieve banen te behouden of uit te breiden. Het startgeld en operationele kosten moeten ook hier gegeven worden. Ook moeten andere burgers die kleine en middelgrote ondernemingen willen opstarten – en niet alleen partners en vrienden – met opstartgeld en operationele kosten over de streep worden getrokken. Het bedrijf wordt voorts nu al in verband gebracht met wanbeheer en mismanagement. Het cassavebedrijf heeft insiders nooit geïmponeerd. Alhoewel het een privéproject is dat de Staat meesleurt in zijn activiteiten, heeft het bovendien een grote belasting gelegd om middelen en mankracht van LVV om boeren te trainen. Als LVV speciaal voor deze fabriek boeren moet trainen met eigen middelen, dan moet de LVV dat ook doen voor Melkcentrale en andere agro-processing bedrijven die deze behoefte hebben. Met recht kan worden geconcludeerd dat het cassavebedrijf op zich ook weer neigt naar een misbruik van staatsmiddelen en dus ook weer corruptie. De zaken stapelen zich op.