Sinds 7 juni 2013 geldt de nieuwe Tabakswet waar het rookverbod een onderdeel van is. Daarin zijn diverse regels opgenomen om de bevolking in bescherming te nemen tegen de gevolgen van roken. In de wet staat onder andere dat er niet mag worden gerookt in ruimten die toegankelijk zijn voor het algemene publiek, of delen ervan.
Gedoogd
Hieronder vallen bijvoorbeeld restaurants, cafés en clubs, maar ook taxi’s en marktpleinen. Sinds de invoering van de wet is er nauwelijks op gecontroleerd. Bij een aantal horecalocaties wordt er nog gewoon binnen gerookt en sommige taxichauffeurs steken nog steeds een sigaretje tijdens een rit. Een horecaondernemer die liever anoniem wilt blijven, vertelt dat hij nog nooit controle heeft gehad. “Ik heb het ook gevraagd aan collega-ondernemers en ook zij zijn sinds de invoering van het rookverbod niet gecontroleerd.” Een handelaar in sigaretten, die eveneens anoniem wil blijven, noemt de nieuwe wet een papieren tijger. “Hoe kan je een wet van kracht laten gaan en er nauwelijks op controleren? Ik vind het niks, het is gewoon een papieren tijger. Mensen roken nog steeds en zullen blijven roken. Ben je al gaan kijken op straat? Ga maar kijken of mensen het naleven…” Volgens hem word het nu eerder gedoogd dan dat er echt controle is op het beleid.
Accijnsverhoging effectiever
Als wij hem vragen of hij minder sigaretten verkoopt, bevestigt de ondernemer. “Maar dat komt niet door de invoering van die Tabakswet, dat komt door de verhoging van de accijnzen. We hebben destijds aangegeven dat dit er alleen voor zou zorgen dat malafide handelaren die de accijnzen ontwijken, een grotere markt zouden hebben. De controle is al zo slecht, onze grenzen zijn zo groot, die mensen hebben eigenlijk vrij spel. En wij, de bonafide handelaren die netjes accijnzen afdragen, betalen ons krom!”Hij geeft aan dat het onvoorstelbaar is hoe groot het bedrag is dat zij moeten afdragen. “De staat zou er praktisch een ziekenhuis van kunnen bouwen!” Daarnaast geeft hij aan dat er flinke boetes zijn op het verhandelen van illegale sigaretten. “Als iemand een pak sigaretten verkoopt voor 5 SRD, dan klopt er iets niet. Dan zijn het sigaretten van inferieure kwaliteit of ze zijn oud.” Hij geeft aan dat er ook daar fikse boetes op staan, oplopend tot wel een paar duizend SRD. “Maar ik heb nog nooit een winkel haar deuren zien sluiten.” Ook daarop is de controle slecht volgens hem. “Dat geeft aan dat die papieren tijger springlevend is!”
Plaatsen niet-roken-bordjes niet verplicht
In de meeste horecagelegenheden word het rookverbod wel gehanteerd, maar geeft men er een eigen draai aan. Daarbij zijn het vooral toeristen die vraagtekens hierbij hebben. “Waarom? Het wordt hier steeds strenger! Lijkt Europa wel!” Op veel plaatsen zie je niet-roken-bordjes maar niet alle gelegenheden geven door middel van ‘signing’ aan dat er niet mag worden gerookt. Volgens inspecteur Ramkhelawan van de Dienst Voorlichting van het Korps Politie Suriname, is dat ook niet verplicht. “Het is de taak van het personeel om de gasten erop te wijzen. Als iemand bijvoorbeeld aangeeft dat hij of zij ergens wel mag roken, omdat er nergens staat aangegeven dat er niet mag worden gerookt, dan is dat geen geldig argument. Het is namelijk een wet die van kracht is en op het moment dat iemand dat wel doet, dan is dat illegaal en dus strafbaar. Zo iemand zou je de deur mogen wijzen.”