‘Ik weet niet waarom mijn jongen dat heeft gedaan. Hij zorgde voor ons. Wie gaat nu voor ons zorgen? Ik heb ook het geld niet om hem te cremeren’, zegt de moeder van de 30-jarige Totaram Lachansingh huilend aan Dagblad Suriname. Haar grootste zorg is de crematie van haar zoon. Vanaf 27 oktober, de dag waarop Lachansingh zelfmoord pleegde, wordt geld verzameld, maar dat is nog niet voldoende. Lachansingh had de zorg van de 59-jarige moeder, een broer die geestelijk gehandicapt is en een zusje op zich. De moeder heeft nog een zoon die woonachtig is op Saramacca. De alleenstaande moeder die slecht ter been is, is ten einde raad. Lachansingh was werkzaam bij de SBBS. Waarom hij ervoor heeft gekozen een einde te maken aan zijn leven, blijft voor haar een vraagteken. De moeder vertelt dat haar zoon vaak klaagde over pijnen in zijn knieën. Hij moest injecties krijgen om de pijn te verzachten. ‘Hij had mooie plannen om het huis te renoveren.’ Zo had hij al een lening lopen bij de bank. ‘Hij wilde graag dat het huisje werd opgeknapt. Ik zei hem om het te laten. Ik heb altijd in armoede geleefd. Hij wilde het huis netjes afmaken voor mij.’ Halverwege de renovatiewerkzaamheden maakte Lachansingh een eind aan zijn leven.
Districtscommissaris Wedperkash Joeloemsingh zegt desgevraagd aan Dagblad Suriname niet bekend te zijn met het voorval. Een familielid van de overledene moet zich aanmelden op het commissariaat. Het ministerie van Sociale Zaken en Volkshuisvesting zou over een fonds beschikken voor dergelijke gevallen.
Asha Gajadien-Bhagwat