Suriname kent vele dagen die in teken staan van de multiculturele samenleving. Er zijn dagen voor Marrons, Chinezen, maar ook voor de aankomst van Baba en Mai. Zo geeft Suriname een invulling aan de eigen identiteit. Toch klinkt er steeds weer de vraag of deze dagen niet afgeschaft moeten worden, om voor de herdenking van de vele immigranten en culturen één dag in te stellen. Maar hoe wil men dit gaan aanpakken met de vele verschillende etnische groepen die het land rijk is en elk hun deel in aandacht opeisen?
Identiteitsbepaling in beeldverering
Dagen van herdenking beginnen vaak bij een standbeeld of monument. Er worden bloemen gelegd en vergelijkbare schenkingen of offeringen gebracht. Het monument of standbeeld is opgericht om een belangrijke persoon of gebeurtenis te herdenken. Met deze vorm van herdenken, grijpt Suriname terug op een oud verschijnsel van beeldverering. Door verschillende godsdienstige stromingen is beeldverering aan banden gelegd en bepalen religieuze instituten de sociale structuur van een maatschappij. Beelden zijn geesteskinderen van de ontwerpers om op sociaal niveau een maatschappelijke mening uit te drukken. Dit maakt standbeelden ook zo kenmerkend. Het is deze herkenbaarheid die er voor zorgt dat tijdens een verering contact gemaakt wordt met het innerlijke zelf. Dit was voor vele religies dan ook de reden om beelden van goden te verbieden. Het innerlijke zelf was door god geschapen en gegeven. Door een menselijke uiting hieraan te geven, zou men niet naar god gekeerd zijn maar een onderdeel van de menselijkheid gaan vereren. Via deze weg kan men verklaren dat herdenken aan de hand van een standbeeld een vorm van afgoderij is.
Verafgoding heeft twee kanten. De ene is bij vele goed bekend. Het is een extreme bewondering van iets of iemand. Vaak is het een persoon. Tegenwoordig nemen popidolen de plaats in waar vroeger de koningen, kunstenaars en zelfs profeten stonden. Er hoeft niet lang nagedacht te worden, alvorens namen als Justin Bieber en wijlen Michael Jackson in gedachten springen.
Dan is er nog de vorm waarbij een standbeeld aanbeden wordt. Dit kan zijn omdat wordt gedacht dat de godheid er zelf in leeft of omdat men via het beeld de godheid kan bereiken. Echter hebben herdenkingsstandbeelden en monumenten een aparte plaats in de maatschappij gekregen. Bij een herdenkingsmonument is het juist de bedoeling om contact te leggen met de menselijkheid van het innerlijke zelf. Typerend is dat voor een jong land als Suriname, beeldverering een sterk historische context heeft. De republiek bestaat pas een paar decennia, maar de beeldverering gaat veel verder terug in een ver historisch verleden. Op zich hoeft dit niet verkeerd te zijn, maar wat gebeurt er als men er zich daar hun hele identiteit aan ontleent? Kan men ooit werkelijk los komen van slavernij als men zich nog steeds als losgebroken slaaf identificeert? Is het mogelijk om in een maatschappij te integreren wanneer men nog het beeld voor ogen heeft dat men als contractarbeider van het schip loopt dat ‘pas’ is aangemeerd? Elke maatschappij heeft zijn eigen standbeelden en monumenten. Over de gehele wereld gaat men anders om met het oprichten van standbeelden. In landen met een dictatoriaal bestuur, ziet men vaak de (voorgaande) leiders in grootse formaten het straatbeeld domineren. In landen die nog niet zolang bestaan zoals de Verenigde Staten, ziet men monumenten ontstaan die belangrijke mijlpalen vormden in de groei van de natie.
Gebieden met een langere staatskundige geschiedenis ziet men dat het idee van monumenten verder getrokken wordt naar gebouwen, natuurgebieden en cultureel erfgoed zoals oude ambachten en tradities. Het zegt veel over Suriname dat elke bevolkingsgroep een speciale dag heeft. In landen met eveneens een lange geschiedenis van immigranten zoals de Verenigde Staten of Nederland, bestaat er geen dag voor een etnische groep. Er bestaat in Amerika niet zoiets als een dag voor de Ierse immigratie of in Nederland de dag voor de immigratie voor Turkse contractarbeiders. Daar komt bij dat wanneer men in Suriname voor elke immigrant een speciale dag gaat vertegenwoordigen, er men er toch een aantal vergeten zijn. Waar is de herdenking van de Libanese immigratie? Hoelang zitten Nederlanders al niet zonder een speciale dag en hoe gaat de herdenking van de Duitse immigratie genoemd worden? Dan kan men zich ook afvragen waarom er nog geen speciale gelegenheid bestaat voor de nieuwe immigranten uit Brazilië, Dominicaanse Republiek en Guyana?
Culturele standvastigheid of racisme?
Met verering legt men energie, tijd, focus en bewustwording in het object wat men vereert. Het vereren van een monument dat voornamelijk draait om een bevolkingsgroep bekrachtigt dan ook dat identiteit bepalend is door afkomst en huidskleur. Dit zorgt voor racisme. Hiermee rijst de vraag of het wel zo goed is voor de identiteit van Suriname om zo gefocust te zijn op de herkomst? Het wordt zo aannemelijk dat een diepere segregatie ontstaat wanneer men vasthoudt aan normen en cultuur van een specifieke ethische groep.
Door vast te houden aan de ‘eigen’ cultuur sluit men de andere automatisch buiten. Er is geen ruimte voor vermenging of het overnemen van andere gewoontes want als dat gebeurt, vervagen de eigen culturele waarden en als dat gebeurt, verliest men hun identiteit. Het is dan ook geen wonder dat relaties en huwelijken tussen verschillende etnische groepen een heet hangijzer is. Wanneer men binnen hun cultuur zichzelf niet kan uiten, kan dit ernstige gevolgen hebben. Liefde wat niet mogelijk mag zijn doordat de afkomst niet goedgekeurd wordt, is al ouder dan het verhaal van Romeo en Juliet, maar heeft ook in het echte leven soms zelfdoding tot gevolg. Vanuit de andere kant bekeken kan men een relatie aangaan met iemand om hoger op de sociale ladder te komen en zo meer status en aanzien verwerven. In zo een relatie speelt liefde – met uitzondering van eigen liefde – vaak geen enkele rol. Dat heeft weer tot gevolg dat de kinderen uit zo een huwelijk later zelf een afstandelijke binding met hun partner aangaan, die gebaseerd is op status en winstbejag. Een relatie wordt zo een manier van overleven in plaats van een manier om te kunnen leven. Natuurlijk spelen sociaaleconomische redenen een rol binnen een relatie. Het is alleen een gegeven dat huwelijken een betere kans maken en voorspoedig verlopen wanneer de geliefden uit ongeveer hetzelfde sociaaleconomisch milieu komen. Echter is een sterk gesegregeerde samenleving gebaseerd op etniciteit, een resultaat dat groepen op elkaar neerkijken. Uiteindelijk leidt dit weer tot racisme en fascisme. Echter zijn de meeste immigranten sinds aankomst in Suriname niet meer in het land van herkomst terug geweest. Vele nakomelingen van immigranten hebben niet de intentie om er ooit nog naar toe te gaan. Het is juist de standvastigheid en focus op etniciteit die er voor zorgt dat men niet weet welke invulling de Surinaamse identiteit nog meer kan hebben. Dat een identiteit nog meer kan behelzen dan alleen de afkomst.
Ontplooiing
Is dat de conclusie? Door vast te houden aan het verleden en cultureel/etnische waarden komt Suriname niet tot ontplooiing? Moeten men vergeten waar ze vandaan kwamen en wat er gebeurd is? Dat zou een treurige conclusie zijn en waarschijnlijk ook niet het geval. Daar waar men de focus legt op afkomst, kan men zich niet los maken van het verleden. Wanneer dat niet gebeurt, kan men ook niet zien waar en hoe het land ervoor staat of waar het naar toe wil gaan. Natuurlijk is het van belang om te weten wat er gebeurd is in het verleden. Dat is de vorming die elke natie doormaakt en bepaalt op welk punt in de koers het zich bevindt. Maar naast etniciteit zijn er nog andere belangrijke gebeurtenissen die een rol speelden in de vorming en die van belang zijn voor de Surinaamse identiteit. Hoe is de toestand van het monument van de SLM ramp in 1989 en wordt deze plaats wel goed onderhouden? Men kan ook meer aandacht schenken aan personen die belangrijk waren voor de ontwikkeling van Suriname. Personen zoals dr. Sophie Redmond. Belangrijk vanwege haar werk als arts en op cultureel en politiek niveau. Julius Uiterloo, ook wel ‘Lieve Hugo’genoemd, als grondlegger voor de Surinaamse Kaseko, een belangrijk figuur in de identiteit van de cultuur. Of Johan Ferrier, de eerste gouverneur ter wereld die uit het land zelf werd aangesteld. Iets wat geen enkele koloniale machthebber daarvoor gedaan heeft en dus daarmee (zij het indirect) het belang voor Surinaamse zelfstandigheid erkende. Waarom laat men voor Suriname belangrijke tradities zoals koffieteelt, melkveehouderij en bijenteelt verwaarlozen? Is Suriname niet het land van melk en honing?
Belangrijk is beseffen dat wat herdacht wordt een groot deel gaat om hoe een maatschappij zichzelf ziet. In een land waar nog geen lange tijd een zelfstandige democratie bestaat, kan men ook niet verwachten dat een identiteit zomaar ontstaat, maar een herdenking in Suriname heeft misschien vaak het karakter van een slachtofferrol. Is dit de manier waarop Suriname zichzelf wil zien? Het is dan ook de vraag of het volk van Suriname baat heeft bij herdenking van zoveel bevolkingsgroepen. Wordt hier een eenheid mee gevormd of is het resultaat dat men zich beter voelt dan een ander?
Een ding is zeker. Suriname zit in een proces waarin het zijn identiteit aan het bepalen is. Een proces wat nog langer door zal lopen en waarin de bevolking keuzes gaat maken die de toekomst van het land zullen uitstippelen.