Het Swami Dayanand Kinderhuis of te wel het Arya Dewaker Kinderhuis bestaat vandaag 80 jaar. Deze mijlpaal zal vanavond gevierd worden middels een Havan. Een Havan is een eeuwen oud heilig ritueel waarbij met gebruikmaking van de vuur als medium gunsten aan God gevraagd wordt voor bereiking van verschillende wensen en zegen in deze materialistisch en spirituele wereld. Op deze speciale dag zal men de Almachtige kracht, wijsheid, zegen en geluk vragen voor de kinderen van het tehuis. Na de Havan-dienst zullen de kinderen gedichten en zang voordragen. Het hoofdbestuur heeft gemeend om op deze avond ook een aantal donateurs en personen te huldigen als waardering voor hun jarenlange ondersteuning die ze hebben gegeven aan het kinderhuis. Het geheel wordt afgesloten middels een lezing en daarna een gezamenlijk maaltijd.
Secretaris Mahinderpersad Sewgobind vertelt aan Dagblad Suriname dat op 29 september 1929 de Arische Vereniging “Arya Dewaker” werd opgericht in Suriname. Het toenmalige bestuur van Arya Dewaker, gemotiveerd en geïnspireerd door de levensfilosofie van Swami Dayanand, bouwde het tehuis waar weeskinderen opgevangen konden worden. In die tijd waren er heel wat kinderen van wie beide ouders waren overleden en de kinderen waren overgelaten aan hun lot en/of bij families waar het vaak niet goed ging met de kinderen. Aan de Wanicastraat 210 (thans J.A. Pengelstraat, op dezelfde plaats waar thans de mandier is) werd een houten gebouw op hoge neuten gebouwd. De officiële opening van dit tehuis vond plaats op 18 oktober 1933. Het weeshuis werd vernoemd naar de oprichter van de Arya Samaj namelijk Swami Dayanand. Na verloop van tijd bleek dat de behoefte steeds groter werd om niet alleen weeskinderen, maar ook ernstig verwaarloosde kinderen op te vangen: kinderen uit gebroken gezinnen vanwege verschillende redenen welke variëren van mishandeling, armoede, seksueel misbruik. Volgens Sewgobind werd in 1973 de naam veranderd van Weeshuis naar Swami Dayanand Kinderhuis, omdat niet alle kinderen wezen waren. Op 11 februari 2004 werd het kinderhuis een stichting en kreeg de naam Stichting Maharishi Dayanand Kinderhuis.
Het kinderhuis biedt op dit moment onderdak aan gemiddeld 50 tot 60 jongens en meisjes tussen de leeftijd van 2 t/m 16 jaar. De meeste kinderen die in het kinderhuis worden opgenomen, worden over het algemeen doorgestuurd door Jeugdzorg en het Bureau Familie Rechterlijke Zaken van het ministerie van Justitie en Politie met wie het hoofdbestuur nauwe samenwerking heeft. Het kinderhuis heeft 2 vaste medewerkers, coördinatoren ( Mala en Mariska). Zij zorgen ervoor dat het de kinderen aan niets ontbreekt. Beide vrouwen hebben hun baan als onderwijzeres opgegeven om dagelijks leiding te geven aan het tehuis. Daarnaast zijn er drie moeders die in het tehuis wonen en de zorg van de kinderen gedeeltelijk op zich nemen. Het kinderhuis biedt niet alleen een onderdak, maar wil de kinderen dezelfde kansen geven zoals een kind dat in een normaal gezin opgroeit. De kinderen krijgen regulier onderwijs en er is een parttime huiswerkbegeleidster om de nodige aandacht te geven om de kinderen te motiveren voor wat betreft opvoeding en schoolprestaties. Er zijn expressieve vakken, sport en spel, Hindi-onderwijs en muziekles. Het kinderhuis krijgt vaak hulp van Nederlandse stagiaires en vrijwilligers. Volgens Sewgobind heeft de huiswerkbegeleiding duidelijk haar vruchten afgeworpen. Het overgangspercentage ligt rond de 95%.
Mede door donaties is de organisatie in staat om het kinderhuis draaiende te houden zegt Sewgobind. ‘De kinderen die er wonen, kunnen we op deze manier verzorgen, opvoeden, onderdak bieden en ondersteunen bij hun ontwikkeling. We zijn deze donateurs daarom namens de kinderen erg dankbaar.’
Een fenomeen waarmee het kindertehuis de laatste jaren vaker te maken krijgt, is radeloze vrouwen en moeders die aankloppen voor hulp. Deze vrouwen lopen met zelfmoordplannen en weten geen raad met hun leven. Vaak hebben ze vrij kleine kinderen bij zich. Ook aan hen wordt geprobeerd tijdelijke onderdak te bieden vertelt de secretaris.
Jet Sheilakhatoen Baksi woont al langer dan 70 jaren onafgebroken in het kindertehuis. Als tweejarige doofstom peuter werd ze door een vrouw, vermoedelijk haar moeder, achtergelaten op het terrein van het kindertehuis. Jetty, zoals ze door een ieder liefkozend wordt genoemd, is geboren op 14 januari 1940 . Over het algemeen worden kinderen van het tehuis in de vakantie door familieleden meegenomen. Jetty is nooit van het tehuis weggeweest en heeft nooit bezoek ontvangen, omdat er tot heden nooit een familielid zich om haar heeft bekommerd.
Op de vraag welke de hoogtepunten zijn van het kinderhuis noemt Sewgobind in een adem de volledige renovatie van de eetzaal met financiële middelen van Alcoa Foundations, de volledige renovatie van de keuken met eigen middelen en beveiliging van het pand met alarm.
Als minder leuke momenten ziet Sewgobind het bezoek van dieven. ‘We hebben wel vaak last van dieven die alles wegdragen zodra ze maar enige gunstige moment zien.’
Op de vraag wat de toekomstplannen zijn, zegt de secretaris het volgende: ‘Ik zou liefst geen kinderhuizen willen hebben. Maar ik weet dat dit niet realistisch is. Er is behoefte aan een permanente maatschappelijke werkster, een kinderpsycholoog, een administratief werkster, een peuterleidster en een sportleraar. Daarnaast is het een streven van dit bestuur om een modern gebouw met alle faciliteiten en met liefst aparte kamers voor alle kinderen te bouwen. Een omgeving waar de kinderen kunnen groeien tot volwaardige burgers en die wij met gerust hart in de maatschappij kunnen laten.’
Widjai Ganesh