Preventief beleid zwemongevallen niet sterk

Het is onbegrijpelijk en een teken van slecht bestuur als de bevoegde autoriteiten zwemoorden toelaten waarin geen lifeguards aanwezig zijn. Het is wellicht gemakkelijk praten om achteraf te wijzen op fouten of omissies van personen, maar er moet geëvalueerd worden vanwege de preventie. Het komt vaker voor tijdens vakantieperiodes in zwemoorden in Suriname dat personen verdrinken. Meestal is het zo dat na een incident dodelijke ongevallen tot het volgend jaar niet meer zullen voorvallen. Hoe wij staan in de wereld in relatie tot andere landen is een vraag die wij nu niet kunnen beantwoorden. Wel is het zo dat rond de grote schoolvakanties het voorspelbaar is dat op bepaalde oorden er doden zullen vallen. Een gericht beleid van de regering om dit te voorkomen, is er niet. Een verandering in de aanpak van de uitbaters van deze oorden is er ook niet. Heeft men het geaccepteerd in Suriname dat het gewoon is dat rond de grote schoolvakanties op zwemoorden er fatale ongelukken moeten plaatsvinden? Dit laatste lijkt wel het geval te zijn. De vraag die dan alleen openblijft, is wie in het betreffende jaar aan de beurt is. De vraag is ook of de zogenaamde krachten van alle zwemoorden hun portie al hebben gehad. Waarom verdrinken personen op zwemplaatsen in Suriname? Hoe zien de mensen eruit die op zwemplaatsen zijn verdronken? Wat waren de overeenkomende omstandigheden van deze incidenten? Hoe moet de actuele verdrinkingssituatie eruit hebben gezien? Een onderzoek van de verdrinkingsgevallen van de afgelopen 7-10 jaar kan ons een aantal opmerkelijke uitkomsten bieden, die ons tools kunnen aanreiken om verdrinkingen op zwemoorden te voorkomen. De oorzaken moeten duidelijk zijn, waardoor een risico-inventarisatie en –analyse kan plaatsvinden. Opmerkelijk is dat men technisch in rivieren zwemt in Suriname.
Een zaak die ook bekeken moet worden, zijn de vergunningen die verstrekt worden in Suriname door de bevoegde instanties aan de uitbaters van zwemoorden. Zwemmen in het openbare domein is in beginsel een recht van elke burger, waarbij hij/zij een zeker risico voor eigen veiligheid, gezondheid en leven accepteert. Er is geen algemene plicht van de overheid om alle potentiële zwemplaatsen die gevaarlijk zijn, te typeren als gevaarlijk of verboden op die plaatsen in te stellen. De overheid nodigt in het openbare domein niet om te gaan zwemmen en stelt het ook niet verboden. Het is aan de burger om nu risico’s voor zichzelf te accepteren. Wanneer er nu op gegeven moment een patroon zou ontstaan dat burgers vrij in het openbare domein overal gaan zwemmen en daarbij verongelukken of gevaar veroorzaken, dan zou een algemeen belang gediend zijn als de overheid regulerend optreedt. Nu is het zo in Suriname dat vakantievierders naar de handjevol zwemplaatsen trekken, voornamelijk in het district Para. Er ontstaan concentraties van zwemmers op deze oorden en wel op uitnodiging van de uitbaters. Deze uitbaters zijn bedrijven die de zwemgelegenheden puur commercieel runnen. De uitnodiging uitgaande via advertenties en ook door het bestaan van deze oorden op zich impliceert dat degene die bevoegd is te beheren, zorgt voor een degelijk niveau van veiligheid van de eigen werknemers en iedereen die op de plek komt. De bezoekers die zwemoorden bezoeken, variëren van kruipende baby’s tot opa’s en oma’s in rolstoelen. Veiligheid is een aspect, waarbij deze bedrijven onverbiddelijk in moeten zijn. Na elk incident waarbij burgers omkomen, komt de vraag of er lifeguards aanwezig waren. Heel vaak zien wij dat dit niet het geval is. Moet het mogelijk zijn dat een dc ruimte geeft tot de operatie van een zwemoord zonder dat het duidelijk is over hoeveel lifeguards men beschikt? Waar worden de lifeguards in Suriname voor de private sector opgeleid? Hoeveel opgeleide lifeguards hebben wij in Suriname (met uitzondering van leger, politie en waterdiensten) en hoeveel zijn full time verbonden aan de zwemoorden? Hebben de dc’s richtlijnen vanuit de regering om het uitbaten van een zwemoord te weigeren wanneer niet voldaan is aan een aantal lifeguards? Duidelijk is dat er dwingende weigeringsgronden moeten zijn met betrekking tot het aantal lifeguards als het gaat om toestemming vanuit dc’s en andere bevoegde instanties.
Van belang is het ook om te stellen dat bij groepsreizen naar zwemoorden er personen moeten worden gezocht die er niet bij zijn voor de fun. Een groepsreis met kinderen,waarbij iedereen meegaat voor de eigen fun, kan nooit verantwoord zijn. Er is voor de zekerheid, vooral bij kinderen, altijd nodig dat er personen meegaan die eventueel om de beurt constant naar het water moeten kijken. Deze personen hebben dan geen plezier zelf, maar zijn er om de beurt er om naar het water te kijken. Helaas zien wij dat deze voorzichtigheid om zichzelf te beschermen vaak ontbreekt en er ongelukken vallen.
Dc’s moeten het tot hun taak maken om de regulering van deze oorden en hun controle te verbeteren. Met condoleances en medeleven tonen, is men niet klaar met de zaak. De verwijten van de dodelijke ongevallen zouden terecht ook in hun richting worden gemaakt. En dan komen we weer op de beruchte woorden die men niet wil horen. De regering moet strenger optreden in het reguleren van zwemoorden en wellicht is het nu noodzakelijk dat dwingende standaarden komen, al dan niet in de wet opgenomen waaraan zwemoorden moeten voldoen. Bij overtreding moeten er sanctiesvolgen.

error: Kopiëren mag niet!