Surinaamse studenten in Nederland willen dat de overheid van Suriname meer ondersteuning geeft. Dat zegt Arnold Dwarka, student van TU Delft, in gesprek met Dagblad Suriname. Al jaren pleit Dwarka voor ondersteuning voor de ruim 1.000 studenten in Nederland, die volgens hem onder moeilijke omstandigheden studeren. Dwarka zegt dat de overheid wel oog heeft voor studenten in Cuba en China, maar niet voor de duizenden in Nederland die het ook zwaar hebben. ‘Het zijn allemaal studenten die het studeren mogelijk wordt gemaakt doordat hun ouders hier in Suriname zelf keihard werken of omdat zij ondergebracht zijn bij familie. Dat wil niet zeggen dat het goed gaat. Nederland is een duur land geworden en studeren is ook moeilijker geworden’, aldus Dwarka. Hij zegt dat studenten na afloop van hun studie graag willen terugkeren naar eigen land, echter is de communicatie met de overheid zodanig zoek dat de studenten tussen wal en schip raken. Hij meent dat de afgestudeerden met behoorlijke informatie aangetrokken moeten worden in eigen land, zodat zij ook verzekerd zijn van een behoorlijke baan. Omdat dit nu niet het geval is, keren de studenten niet terug, terwijl ze dat wel willen. ‘Suriname is een lekker land. Het is vrij hier, een ieder leeft vrijer. Wij willen allemaal terugkeren, maar de overheid moet ons vertellen welke perspectieven ze voor ons hebben, want natuurlijk moeten wij een behoorlijk bestaan kunnen opbouwen hier’, aldus Dwarka.
De student zegt dat het grootste probleem die studenten nu ervaren in Nederland is de moeilijke procedure om in aanmerking te komen voor een werkvergunning. Studenten kunnen in Nederland maar tien uren in de week werken, echter moeten ze eerst aan een werkvergunning komen. Doordat dit veel tijd in beslag neemt, werkt het frustrerend voor de studenten. ‘Wij zijn hier om te studeren, dat is waar. Maar tien uren in de week werken is echt niet veel. Daarmee bekostigen we onze studie. Het is al zwaar voor onze omgeving en wij willen zelf wat eraan doen.’
Dwarka zegt dat als de Surinaamse overheid bemiddelt voor de studenten in Nederland, hieraan een verandering kan komen. ‘De huidige minister van Openbare Werken, Rabin Parmessar, heeft reeds eerder in de hoedanigheid van parlementariër enkele bezoeken gebracht aan de studenten en is op de hoogte van de problemen van de studenten’, zegt Dwarka. Hij vraagt zich af wat er nu met de informatie gaat gebeuren waarmee Parmessar is gekomen, omdat hij nu minister is. Dwarka hoopt dat de overheid acties onderneemt.
Seshma Bissesar