Rechter Albert Ramnewash veroordeelde gisteren Milton Fitz, ondernemer, tot een gevangenisstraf van 12 maanden, waarvan 5 voorwaardelijk met aftrek, en een proeftijd van 3 jaar. Daarnaast kreeg hij ook nog een geldboete van SRD 2000 opgelegd, te vervangen door 2 maanden hechtenis. De magistraat achtte uitvoer van 594 gram cocaïne vanuit Suriname naar Nederland via Suriname Shipping Agencies wettig en overtuigend bewezen.
De verdachte gaf aan 3 zakken te hebben gekregen van een zekere Martin B., die hij al 4 jaren kent. Hij moest de zakken op de post doen. Zonder daarbij stil te staan, deed hij wat aan hem gevraagd werd. Het ergste was dat hij de pakjes niet zelf controleerde. Ook gaf de verdachte aan dat de relatie met Martin B zodanig was dat hij nooit zou denken aan drugshandel. Echter werd Fitz een maand daarna aangehouden voor dit feit. De verdachte verklaarde nooit met de justitie in aanraking te zijn gekomen. Na onderzoek bleek echter dat hij wel degelijk veroordeeld is geweest in het buitenland en wel voor de uitvoer van drugs.
De vervolging deed een strafvoorstel van 12 maanden, waarvan 4 voorwaardelijk met aftrek, een proeftijd van 3 jaar en een boete van SRD 2500 of 2 maanden hechtenis.
De verdachte gaf aan dat hij nonchalant is geweest en dat hij enorm veel spijt heeft van hetgeen zich heeft voorgedaan. Zijn advocaat, mr. Nacatia San A Jong, vroeg aan de rechter om verzachtend op te treden.
Zoals gevorderd, achtte de rechter uitvoer van de coke bewezen. Bij het bepalen van de strafmaat hield de rechter echter rekening met de omstandigheden van de verdachte. De magistraat week af van het strafvoorstel en legde Fitz een straf op van 12 maanden, waarvan 5 voorwaardelijk.