De arbitragecommissie van de SVB heeft een besluit genomen in de zaak De Rest-PVV. De enfant terrible onder de Surinaamse intellectuelen, Guillermo Samson. heeft partijen bij elkaar weten te brengen. Hopelijk komt er nu een eind aan dit jaarlijkse spektakel bij de rechter van nietszeggende voetbalverenigingen die door hun eigen schuld en door het laakbaar gedrag van lidbonden voetballers in problemen brengen. Niet alleen dat, maar ook een hele competitie doen stopzetten met als gevolg mogelijke competitievervalsing. De ploegen hebben geen ritme in de benen als een competitie zolang stil ligt. Ik weet dat in Suriname een zekere terughoudendheid bestaat bij het bespreken van rechters. Dat is dom! Een rechtstaat moet tegen een stootje kunnen. Het maakt de democratische ‘pillars’ sterker. Maar ja, wij zijn een fragiele democratie door toedoen van onze corrupte, walgelijke, ordinaire en arrogante politici; zo dat moest ik even kwijt! De rechter, vooral de jonkies moeten in hun besluit over voetbalzaken toch even nagaan of partijen alle rechtswegen (beroepsinstanties) bewandeld hebben alvorens de groene tafel op te zoeken. De rechter moet ook begrijpen dat voetbal een enorme en directe impact heeft om de samenleving. Het is met andere woorden een directe democratie die beslist over 90 of 120 minuten. Het kan toch niet zo zijn dat als een voetballer acht jaar geleden niet volgens de regels getransfereerd is, nu daarvoor met zijn huidige team, waar hij correct naar getransfereerd is het gelag moet betalen. Het gerommel bij de lidbonden moet stoppen; daar gaat het fout met ‘mati mati sani’, met foute overschrijvingen; laat men het beter formuleren: ‘ het regelen’ van overschrijvingen zonder dat de SVB daar kennis van draagt en vaak gebeurt dat buiten de transferperiode, moet ophouden. De geweldige bazen van de lidbonden zijn debet aan het jaarlijks stopzetten van jullie hoofdcompetitie; het lidbondentoernooi met jullie gerommel. Steeds heb ik het gevoel dat macht niet gemaakt is voor een Surinamer; hij zal steeds de neiging hebben deze te misbruiken. Dat doen de voorzitters van de lidbonden. Natuurlijk moet ik nu gaan pennen; de goeie nagelaten. Ik schreef het, maar meen het niet! Dit fenomeen moet ophouden. De SVB moet overgaan tot harde maatregelen zoals het royeren van lidbonden of het niet verlenen van licentie om een competitie te draaien. Ook de SVB gaat in deze niet vrij uit; zij hebben een verplichting om op bepaalde tijden sessions met haar leden te houden. Hun steeds te informeren en bewust te maken van hun verantwoordelijkheid. De SVB moet preventief gaan handelen. Een eerste aanzet daartoe kan gegeven worden door spelers een licentienummer te geven; een ID nummer voor je hele voetbalcarrière. Alle leden van verenigingen aangesloten bij de SVB moeten verplicht een nummer hebben; nieuwe spelers dienen een licentienummer bij de SVB aan te vragen. Als een bond de gegevens van spelers opvraagt bij de moederorganisatie, moet deze rap en correct gebeuren. Lidbond A dient aan het begin van de competitie een registratielijst in bij de SVB. Lidbond B vraagt aan de SVB de registratielijst van de andere bond; er kunnen voetballers bij zijn gekomen of afgevoerd zijn; mutaties zijn normaal. Een lidbond kan met deze lijst nagaan of spelers niet bij andere lidbonden ingeschreven staan! Alle transfers in voetballand dienen gemeld te worden bij de SVB; er moet een meldingsplicht zijn; ook binnen de zelfde bond. De voorzitter van de SVB John Krishnadath staat bekend als een geharde ICT-er; voor hem is het een fluitje van een cent om dit karwei op te lossen. De voorzitter moet ook met een plan komen om dit ‘wildwest’ gedoe van procederen een halt toe te roepen door bijvoorbeeld een redelijke termijn in te stellen waarbinnen men in staat is zulks te doen. We kunnen niet gaan procederen over zaken die fout zijn gegaan vijf of tien jaar gelden. Op een algemene ledenvergadering moet er een besluit hierover genomen worden. Dit zijn heel belangrijke administratieve zaken die eerst in orde moeten worden gebracht alvorens we over voetbalfilosofie gaan debatteren. Ik kan het tot slot niet nalaten het toch over voetbalfilosofie te hebben, maar dan met de woorden van El Salvador, Johan Cruijff; ‘Er wordt te snel geroepen dat iemand goed gespeeld heeft. Zonder voldoende in te schatten hoe hoog de moeilijkheidsgraad eigenlijk was. Terwijl de kunst is om onder de hoogste druk, met een minimum aan tijd, toch de bal zo in te spelen dat je collega er voordeel bij heeft. Het verschil tussen een goede en slechte voetballer is zijn handelingssnelheid. Want als je iemand de tijd geeft, komt zo’n beetje iedereen goed uit de verf.’ [email protected]