Er is een tijd van komen en een tijd van gaan. En men gaat eerder als men een blok aan het been is, een nagel aan de doodskist. Dat geldt ook in de Surinaamse politiek en de stuiptrekkingen die wij nu meemaken hebben te maken met een periode die bepaalde partijen in 2015 noodgedwongen moeten afsluiten. De politiek voltrekt zich, wat grote stabiele partijen betreft, in cycli die 5 tot 15 jaar lang kunnen zijn en gemiddeld 10 jaar. De electorale steun en de wrange nasmaak uit het NF-tijdperk en de periode die wij nu meemaken, zullen ertoe leiden dat nieuwe politieke constellaties zich zullen aandienen in 2015. Degenen die daar vrede mee hebben, weten dat, maar ook degenen die het zwaar te verduren hebben met een aanstaande echtscheiding. Zo kunnen bijvoorbeeld de grootste partij en de grootste groeiende partij in 2015 samen komen. Het kan een stabiele politieke regering teweegbrengen, maar tegelijkertijd ook een zeer zwakke oppositie die ruimte geeft voor veel verkwisting en dus ook corruptie. De politieke verhoudingen die er nu bestaan in Suriname, zijn alleen mogelijk in een land waar bepaalde politici geen leiding geven aan een partij die hen heilig is, waar er sprake is van onbeschaamdheid en geen respect voor de achterban. Na lange tijd maken we mee dat liefde en afkeer tussen de coalitiepartners zich wisselen met de regelmaat van de dag en de nacht. Het politieke akkoord is een kind van de NDP dat het zwarte schaap is. Het is geboren maar niet gewenst en niet geliefd. In principe is deze regeerperiode een overgangsperiode voor de NDP, waar men regeert maar dan niet met de partners die men liever had gewild. In dit kader kan men het dichtknijpen van de geldkraan naar bepaalde ministeries plaatsen. Het beeld dat de NDP had van een aantal partners, is later een beeld gebleken dat men niet onterecht had. Wat vooral uitkwam was het gebrek aan zelfrespect. Een aantal partijen heeft de capaciteit en het politiek-ethische en politieke niveau niet om de grote partij te verrassen en het beter te doen. De grootste politiek partij faalt zelf door afwezigheid van aansturing. Een aantal partijen in Suriname in de regeercoalitie is ook vaker op de stoep van de president. Er is totaal geen sprake van gelijkwaardigheid in de regeercoalitie en men wordt vaak ontboden. Het in de regering willen zitten tegen elke prijs is niet gezond voor bijvoorbeeld de uitvoering van het ontwikkelingsplan.
Het is overigens een pure vorm van chantage wanneer de PL-voorzitter zegt dat wanneer een van zijn ministers naar huis wordt gestuurd, de rest ook de portefeuille zal inleveren. Deze uitspraken geven aan dat er geen grond is voor een verdere samenwerking wanneer de politieke verhoudingen zullen verschuiven in 2015. De uitspraken verduidelijken ook de gewraakte stellingen van de president over politieke visie van zijn collega politieke leiders. De uitspraken recent gedaan door de PL-voorzitter geven vooral aan dat de PL-voorzitter geen respect heeft voor de grondwet die bepaalde bevoegdheden heeft vanuit de grondwet met betrekking tot het benoemen en ontslaan van ministers. Deze politicus heeft geen aandacht besteed aan het functioneren van zijn ministers. Hij had eerder moeten zeggen dat er geen aanleiding is om zijn ministers te vervangen, omdat zij het goed zouden doen. In de vorige regeerperiode heeft deze politicus succes gehad met deze benadering, maar nu zal het kennelijk leiden naar iets als een afgang. Politieke partijen die niet open staan voor evaluatie van hun ministers kunnen via de betreffende ministers heel moeilijk een bijdrage leveren aan het tot stand brengen van welvaart. De houding die nu weer aan de dag wordt gelegd, kan wel getypeerd worden als de genadeslag die de partij zichzelf toebrengt. Het is zeer verwerpelijk dat bijvoorbeeld de politieke leider van de PL niet praat over de partijideologie, zijn prioriteiten in het regeerbeleid en een beoordeling geeft van de implementatie daarvan. Deze hele regeerperiode is het niet vaak voorgekomen dat de politicus aspecten van het regeerbeleid accentueert vanuit het eigen verkiezingsprogramma. De verkiezingen zijn achter de rug en ook de intenties die daarin moeten worden vervat. Nu draait het om het zitten in de regering en meeprofiteren tegen elke prijs. Het gebrek aan diepgang bij de politieke partijen in de coalitie is een bottleneck voor de progressie die een rijk land als Suriname moet boeken, nu wij een tijd van relatieve voorspoed hebben. Het is jammer dat Suriname op dit moment politieke leiders in de regering mist die een droom hebben voor de natie. Het oppervlakkige niveau is te wijten aan niet functionerende wetenschappelijke bureaus. De houding van de PL-leider zal hem in de komende peilingen niet populairder maken. Het is te betreuren dat met betrekking tot de reshuffling van ministers, de politieke leiders werken aan een beoordelingssysteem en profielen, waardoor met enige objectiviteit naar de prestaties en handhaafbaarheid van de ministers kan worden gekeken. Het feit dat een eigen kameraad en partijgenoot het ministerschap heeft neergelegd dan wel is bedankt, geeft aan dat de president zeker niet zal schromen om hetzelfde bij ministers uit andere politieke kampen te doen. Zulke ontslagen zijn altijd een voorbode van offers die ook anderen moeten brengen. Het is goed dat de president zijn grondwettelijke taak aanwendt, maar de vervanging en verplaatsing van ministers is niet altijd goed te volgen geweest; het leek altijd op het camoufleren van een gebrekkige leiding van het regeerteam. Geconcludeerd kan worden dat het kabinet weer geen efficiënt team is met een en dezelfde missie.
Opvallend is ook dat tussen de Abop en de PL het de laatste tijd niet goed botert. De kameraadschap die op 13 december 2013 in DNA na schorsing van een vergadering werd getoond, lijkt te zijn vervlogen. Het een en ander heeft te maken met de komende verkiezingen. De spoeling zal dunner worden en kennelijk wil de Abop-leider zich distantiëren van de botte politieke strategie die past in de politiek van enkele decennia terug.
Al met al kan gezegd worden dat de regering die nu aanzit een aantal stappen in de goede richting heeft gezet wat betreft de sociale zekerheid. Het is tot nu toe niet aan de president gelukt om een gemotiveerd team van ministers aan het werk te krijgen. Door de houding van eigen partijgenoten en de samenwerkende politieke leiders zal het hem niet lukken om een anticorruptiebeleid uit te voeren, waarmee in de beoordeling van de regeerprestaties veel punten erf gaan. Wat men waarschijnlijk niet beseft is dat de politieke onzin ook in het buitenland wordt gevolgd. Politieke leiders die een verfoeilijke politieke houding in het openbaar aan de dag leggen, doen niet veel goeds met het imago van het land. Het is mogelijk dat de politieke spanningen tussen de NDP en de overige partijen en met name de PL steeds zullen toenemen. De PL kan bij een analyse als een blok aan het been worden ervaren en dat komt door gebrekkige politieke capaciteit en een afkeer tegen vernieuwingen. Deze partij heeft niet kunnen ontdekken dat door onderwijs een aantal achterstanden op termijn kunnen worden ingehaald. Onder de huidige omstandigheden van spanningen in de coalitie is het onmogelijk voor bepaalde ministers om beleid uit te voeren. Wanneer het vertrouwen weg is, zijn er ook geen garanties dat het schaarse geld effectief zal worden aangewend. De vraag is nu of een situatie waarbij een NDP-regering wordt gedoogd door de PL eventueel met de Abop, de regering gevaar loopt om afgezet te worden in DNA. Die kans lijkt wel klein omdat de PL bijvoorbeeld moeilijk vrienden zal vinden die met haar op pad zullen willen gaan. Het gedrag waarbij de partij steeds ‘een kans neemt’ kan maken dat zij verwordt tot een politieke paria, waarmee niemand geassocieerd wil worden. Vanuit die positie kan de partij dan, net als de PVV, zich caramboleren naar meer electorale ondersteuning, maar alleen na grondige vernieuwingen en in tijden van malaise. Vooral de omstandigheid van politieke vernieuwing is nu moeilijk voor te stellen.