Anastatia W. wordt verdacht van mensenhandel. Zij zou een 17-jarige meisje naar Godo Olo in het binnenland hebben gebracht om als sekswerkster te dienen. Op die bewuste dag in maart 2013 ontmoette het meisje de verdachte Anastatia. Zij benaderde haar met het verhaal dat zij een winkel in het binnenland had en dat zij een verkoopster nodig had. Ook hield de verdachte haar voor dat zij veel geld daar zou verdienen. De 17-jarige ging zonder haar moeder daarvan op de hoogte te stellen met de vrouw mee.
Het slachtoffer verklaarde dat zij twee dagen op Sunny Point met de vrouw was gebleven. De volgende dag was zij met een ID-kaart van iemand anders afgereisd naar de plaats van bestemming. Eenmaal in het dorp Godo Olo aangekomen moest zij aan prostitutie doen. Het meisje weigerde en werd door Anastatia en haar man mishandeld. Zij heeft met drie heren gemeenschap gehad. Als tegenprestatie ontving zij 4 gram goud per klant. Dat goud moest zij aan de verdachte overdragen.
Kantonrechter Maytrie Kuldipsing behandelde deze zaak in afwezigheid van de verdachte. De verdachte Anastatia is reeds eerder in vrijheid gesteld. De tweede getuige was een politieagente. Zij verklaarde dat zij getuigen heeft verhoord. Volgens de verklaring van het slachtoffer was zij in de stad benaderd door Anastatia. Op vragen van advocaat Irvin Kanhai verklaarde de agente dat zij niet weet of het slachtoffer onhandelbaar is en dat zij eerder uit huis is wegelopen. Het slachtoffer had haar vader kunnen contacten. Een vrouw die haar telefoon aan het meisje had geven om te bellen, vertelde de vader dat zijn dochter op Godo Olo is. De vader werd ook gehoord. Aan de rechter vertelde de vader dat hij niet wist waar de plaats was. Hij ging zijn broer vragen. De vrouw gaf de vader te kennen dat indien hij zijn dochter terug wilde hij haar bij Blue Wings SRD 500 moest betalen.
Kanhai vroeg de politieagente of er geweld was aangewend van Sunny Point tot Zorg en Hoop. De getuige verbalisant reageerde dat er geen sprake was van geweld. Het geweld zou in het binnenland zijn aangewend. Kanhai merkte op dat er steeds getuigen zijn gehoord aan wie het slachtoffer een en ander heeft verteld over het geval. De partner van Anastatia heeft zich onvindbaar gemaakt, omdat hij ook als verdachte wordt aangemerkt. Hij heeft volgens verklaring van het meisje deel gehad bij het plegen van het strafbaar feit. Ook hij zou hij volgens de verklaring van het slachtoffer haar hebben mishandeld. Op de volgende zitting worden er nog drie getuigen gehoord. De behandeling van deze zaak is verdaagd naar 29 juli.
Saskia Bandhan