Het Openbaar Ministerie heeft hoger beroep aangetekend in de zaak tegen de Nederlandse stagiaire, Sanne van Os. De vervolgingsambtenaar, Reshmi Rathipal, geeft desgevraagd aan Dagblad Suriname mee dat zij een heel andere mening is toegedaan dan de rechter. ‘De rechter heeft haar motivering gegeven en ik kan me niet terugvinden erin. Ik ben vooralsnog van oordeel dat er wel sprake is van uitvoer en natuurlijk in de opzettelijke vorm’, merkte de officier van justitie op. Op 19 januari 2013 werd Van Os op de luchthaven betrapt met drugs in haar bezit. Zij had 8.620 gram cocaïne bij zich, welke verborgen zat tussen vis en walnoten. Voor deze strafbare handeling had Rathipal een straf van 5 jaar en een geldboete van SRD 5000 subsidiair 5 maanden hechtenis gevorderd. De kantonrechter veroordeelde Sanne Van Os tot12 maanden, waarvan 8 voorwaardelijk met aftrek, een geldboete van SRD 500, te vervangen door een maand hechtenis, en een proeftijd van 3 jaar. Advocaat John Ferdinand, de pleiter van de verdachte, haalde de bijzondere omstandigheden van dit geval en de achtergrond van deze verdachte aan. Vanwege zijn bevindingen had hij de rechter gevraagd om uiterst mild over zijn cliënt te willen oordelen en haar naar huis te sturen. De rechter tilde heel zwaar aan het feit dat de politie er niets aan heeft gedaan om Darco, de verstrekker van de cocaïne, aan te houden. Hierover had Van Os haar beklag gedaan tijdens het onderzoek, echter zonder resultaat. Het OM gaat, zoals eerder gesteld, in hoger beroep.
Saskia Bandhan