‘Het bezoek van DNA-leden aan de verschillende door wateroverlast getroffen gebieden in Suriname, is mosterd na de maaltijd.’ Dat vindt VHP-parlementariër Sheilendra Girjasing. Afgelopen dinsdag werd door DNA-voorzitter Jennifer Geerlings-Simons, voor aanvang van de openbare vergadering waarbij de Wet Spaar- en Stabiliteitsfonds in behandeling werd genomen, meegedeeld dat de verschillende coalitieleden de getroffen gebieden moesten bezoeken en hun medeleven betuigen. President Desi Bouterse die zich heeft georiënteerd in het Cottica-gebied, moest zijn bezoek eerst moment afzeggen, vanwege gezondheidsredenen. ‘Wat heb je aan medeleven aan deze mensen als acties uitblijven. De mensen hebben schade geleden en de schade is enorm. Ze zitten niet te wachten op medeleven, maar op hulp. Ze willen acties’, aldus Girjasing. Hij zegt dat door ondeskundigheid van het ministerie van Openbare Werken grote delen van Paramaribo, Commewijne en Para onder water zijn komen te liggen.
‘Vanaf het begin hoor je dat het ministerie bezig is met het ophalen van trenzen en goten. Men had de mond vol van hoe weinig de vorige regering gedaan heeft voor de gemeenschap en hoeveel deze regering van plan was te doen en toch hebben we allemaal last van wateroverlast. In Paramaribo-Noord zou men reeds jaren terug al duikers en pompgemalen plaatsen om al het water weg te laten trekken. Wat is er gebeurd? Waar zijn de pompgemalen en de duikers nu? Nee, men vindt het belangrijker om aan vrienden en familieleden werk te gunnen, die bovendien geen kaas hebben gegeten van het werk. Kijk maar naar de hoeveelheid onderhandse gunningen en de bedragen die worden neergeteld voor alle werkzaamheden. En wat is de output? Niets anders dan dat Suriname aan het verzuipen is’, aldus Girjasing.
De VHP’er zegt dat de pogingen van de regering om politiek munt te slaan door de vorige regering constant de vinger te wijzen, duidelijk zijn mislukt. ‘De regering is nu in haar eigen vet gebakken. Het geld van de gemeenschap is verkwanseld en verkwist aan vrienden en familieleden.’
Girjasing zegt dat ten aanzien van de gebieden in het binnenland die ook onder water zijn gelopen, eindelijk de discussie moet starten om een stad neer te zetten in een hoger gebied. ‘Er worden overal kleine dorpen gesticht en wij moeten daarmee meegaan. Dat moet ophouden. Alle kleine dorpen moeten bij elkaar gebracht worden op een hoger gebied, waar er een stad gemaakt kan worden voor de binnenlandbewoners, zodat zij ook goed beschermd en veilig zijn tegen de natuur. Tijdens de slavernijtijd is dat toch ook gebeurd? Wanneer de slaven achtervolgd werden, verhuisden ze van de rivierkant naar hogere gebieden’, aldus Girjasing.
Het DNA-lid zegt dat door de verspreiding van de dorpen in het binnenland, de binnenlandbewoners juist kwetsbaar worden. ‘Kijk maar hoeveel districtscommissarissen we allemaal nodig hebben voor het binnenland, omdat de mensen ver van elkaar wonen.’ In een eerdere interview zei de coördinator van de regio Oost van het ministerie van Openbare Werken, Oemar Jimidar, dat door de werkzaamheden van het ministerie het praktisch onmogelijk was dat Commewijne te kampen zou hebben met wateroverlast. Echter zijn gebieden in Commewijne, waaronder Meerzorg, Peperpot en het Militairproject toch onder water gelopen, omdat het regenwater niet afgevoerd kan worden naar de rivier, door slechte afwatering.
Girjasing zegt dat Jimidar moet ophouden hoog van de toren te blazen en zijn woorden meer in daden moet omzetten. ‘Kom maar zelf kijken wat voor geweldige werkzaamheden het ministerie allemaal heeft verricht in Commewijne’, aldus Girjasing. De verschillende DNA-leden, die de getroffen gebieden hebben bezocht, moeten vandaag een verslag indienen in DNA. Voor aanvang van de openbare vergadering zal er breedvoerig worden gesproken over de situatie die is ontstaan door de hevige neerslag van de afgelopen periode.
Seshma Bissesar