Vanwege de zware regens zijn bepaalde airstrips in het binnenland tijdelijk ongeschikt verklaard. De landingsbanen te Washabo, Alalapadu, Sipaliwini, Pusugrunu, Kwamalasamutu en Donderskamp behoren tot de groep afgekeurde banen door de luchtvaartdienst. Afhankelijk van de weersomstandigheid wordt dagelijks de status van vliegvelden bepaald door de overheid. Dit gebeurt op basis van internationale regels in het bijzonder bij gras- of zanderige banen. Directeur Dean Gummels van Gum Air weet dat Suriname net als landen in de regio over grasbanen beschikt. Het gaat om gebieden waar er gebrekkige infrastructuur voorkomt. ‘Het enige nadeel is dat je bij grote regenbuien genoodzaakt bent die baan te sluiten’, aldus Gummels. Al enige tijd is er gepleit voor verharding van inlandse onverharde landingsbanen. ‘Vanaf wij er bestaan, speelt dit ding zich af. We zeggen niet dat het onmiddellijk moet gebeuren, want het is een dure grap. Wel is er ruimte voor verbetering. Ik ken de financiële situatie van de overheid niet’, zegt Gummels aan Dagblad Suriname.
Waarnemend directeur van de Luchtvaartdienst Robby Venlo bevestigt tegenover de krant dat er eind 2012 een vooronderzoek, met financiering van de IDB, is afgerond. Voorgesteld is om vijf strategische velden te verharden die makkelijke aansluiting mogelijk maken naar overige airstrips. ‘Nu wordt nagegaan op welke manier de financiering moet plaatsvinden’, zegt Venlo.
Gummels zegt dat over het algemeen het gerieflijker is te landen op verharde banen dan op onverharde. Het systeem van het vliegtuig raakt ook minder beschadigd. Verder hoeven vliegvelden niet perse bij regenweer te worden afgekeurd en is het luchtverkeer langer gegarandeerd voor belanghebbenden.