De Onderwijsinspectie heeft het spraakmakende biologieleerboek nooit onder ogen gehad, waardoor er ook geen verantwoordelijke vakinhoudelijke screening heeft plaatsgevonden. Voorzitter John Koorndijk van de Bond van Onderwijsinspecteurs (BIO) betreurt dat het Minov de belangrijkste instituten die moeten waken voor het onderwijs, met name Onderwijsinspectie en Curriculumontwikkeling, niet heeft betrokken bij het ‘leerboekenproject’. ‘De afstemming met deze instituten is er niet geweest. Het is voor de ter zake deskundigen op het ministerie daarom nog steeds onduidelijk voor welk niveau het boek bestemd is. Het buitenspel zetten van deze vitale afdelingen is vragen om problemen’, zegt de bondsman. ‘De consequenties voor de Minov-leiding liggen daar.’ De vakbondsvoorman refereert aan de heisa ontstaan rond de verkeerd gedistribueerde leerboeken in het eerste leerjaar van mulo.
‘Triest’, noemt de BIO-voorzitter ‘het amateuristisch optreden van de Minov-leiding in deze’. ‘Door zo te handelen, frustreert men de leerlingen en leerkrachten.’ Koorndijk zegt dat een soortgelijke kwestie speelde bij de introductie van het leerdoel ‘Voortplanting’ bij het vak Natuuronderwijs enkele jaren terug op het glo. Toen was er wel afstemming tussen de betreffende instanties en is de methode eerst getest. Hierdoor konden fouten in een vroeg stadium worden opgevangen.
