Het boek “Louis Doedel, martelaar voor het Surinaams volk” heeft Emile Wijntuin in 1998 uitgebracht uit ergernis van wat er in de Nederlandse geschiedenisboeken geschreven stond over Suriname. Doedel werd gezien als activist die zonder onderzoek is opgepakt en weggezet in het toenmalige LPI. Hij is daarna eenzaam in een bejaardentehuis gestorven. Afgelopen zaterdag is de tweede druk van dit boek gepresenteerd in Theater Unique en overhandigd aan onder meer de directeur van het ministerie van Onderwijs en Volksontwikkeling, Grace Malm-Lackin. Zij beloofde het boek niet weg te zullen stoppen zoals men dat met Doedel dat heeft gedaan.
Wijntuin vergeleek Doedel met Anton de Kom die veel meer bekendheid verwierf. Volgens de schrijver heeft Doedel veel meer gedaan voor de allerarmsten in de toenmalige kolonie. De Kom kon dat echter niet omdat zijn omstandigheden anders waren. Met het boek heeft Wijntuin getracht de geschiedenis van Doedel juist weer te geven. Zo was het Doedel die het maaltijdenproject op scholen heeft gestart. ‘De Nederlandse overheid heeft op schandelijke wijze de historie verkracht’, zegt Wijntuin. ‘De geschiedenisboeken van toen waren een vorm van zelfverheerlijking.’ De schrijver memoreerde ook de mannen die samen met Doedel hebben gestreden. Wijntuin is de Surinaamse regering uitermate dankbaar voor de bronzen kop van Louis Doedel dat in januari op het Sivis-terrein is geplaatst.