Het leven van de familie Plato-Tuur ziet er allesbehalve rooskleurig uit. Dit gezin werd in 2011 slachtoffer van een woningbrand. Zij woonden te Geyersvlijt in een huis van een familielid. Op een dag brak er een woningbrand uit, en het gezin kwam van de ene op de andere dag op straat te staan met 10 kinderen. Er werd van overheidswege hulp toegezegd. Van het ministerie van Sociale Zaken en Volkshuisvesting (Sozavo) kregen zij een eenmalig bedrag van SRD 1000. De president beloofde in hoogst eigen persoon een huis aan het gezin. Ook enkele parlementariërs hadden hun hulp toegezegd, echter is het allergrootste deel allemaal bij de mooie woorden van dat moment gebleven.
Het gezin kon na het incident een huis aan de Schimmelpennink huren. Voor zes maanden werd de huur door de parlementariërs Carl Breeveld, Melvin Bouva en parlementsvoorzitter Jenny Simons betaald. Hierna moest de familie zelf zien hoe de huishuur verder te betalen.
Volgens vader Plato betalen zij maandelijks SRD 500 aan huur. Maar het grotere probleem is dat het huis waarin zij verblijven heel deplorabel is. Het is een oude woning en heel vervallen. Plato geeft aan dat al het geld dat hij en zijn echtgenote verdienen net genoeg is om het gezin te onderhouden. Voor iets extra’s is er geen geld, laat staan voor het betalen van huur. De kinderen zijn allen in de leeftijdsklasse tussen twee en veertien jaar. Er moet dagelijks geld op tafel gezet worden om de kinderen naar school te sturen. Er moet bus betaald worden, omdat de kinderen in het gebied Noord naar school gaan. Plato zegt dat hij de kinderen niet heeft afgeschreven van de school, omdat hij nog geen vast adres heeft en de kinderen niet telkens op een school kan inschrijven om ze dan vervolgens weer af te schrijven.
Plato vertelt aan Dagblad Suriname dat zij bij Sozavo een aanvraag hebben lopen om in aanmerking te komen voor kinderbijslag. Elk keer dat zij naar de stand van zaken informeren, krijgen zij te horen dat zij terug worden gebeld. Bellen naar het Kabinet van de President om navraag te doen over het beloofde huis wordt met een snauw afgehandeld door een adviseur van de president. Ook de toenadering van het gezin bij Ronnie Brunswijk heeft tot niets geleid. De familie is radeloos en vraagt zich af hoe zij de eindjes aan elkaar moet knopen. Zij hopen dat alle toezeggingen alsnog worden gerealiseerd en zij uit hun lijden worden verlost.