Exclusiviteitsrecht van de baan

Het wegschrappen van de 12-urige werkdag, het aanpassen/elimineren van de management fee, het weghalen van het exclusiviteitsrecht en vaststelling van een mogelijke aanloopverliezen van Surgold in de eerste 3-4 jaren waren markante wijzigingen en verduidelijkingen die gisteren aan de orde kwamen tijdens de beurt van de regering bij de bespreking van de gouddeals.  Op een constructieve wijze is de minister van NH gisteren begonnen om in eerste ronde in te gaan op op- en aanmerkingen van zowel de oppositie als de coalitie. Alhoewel de reacties van sommige oppositieleden heel fel waren, heeft de minister toch een aan te bevelen strategie gevolgd door eerst te beginnen met het deel waar de bewindsman toegeeft aan de wensen en kanttekeningen van oppositie en coalitie. Deze strategie zorgde ervoor dat in de eerste uren van de spreekbeurt van de minister er een ongekend rustige sfeer heerste in DNA, een toestand die wij meemaken wanneer de materie te ingewikkeld is dat men het kennelijk niet vat of wanneer men nog geen manier kan vinden om het ongenoegen te uiten. Een dag eerder was een heel interessante opmerking gemaakt over de onderhandelingscommissie en over de job van die commissie was de minister vol lof. Eerder werd aangegeven dat zonder de capaciteit van de onderhandelaars aan de orde te brengen het toch erop leek alsof deze personen teveel gefixeerd waren door een door de politiek ingegeven vergroten van participatie vanuit Suriname op zich. Het is enigszins voor te stellen dat het winnen van terrein, als men tegen een veel rijper team zit, veel moeite kan gaan vergen, waardoor de keerzijde van meer participatie ondergesneeuwd raakt. De vergadering begon ideaal en escaleerde toen de oppositieleider het nodig vond om luidkeels te schreeuwen in de zaal en kreten te uiten over ‘uitverkoop van Surinaamse natuurlijke hulpbronnen’. Toen het overigens onbegrijpelijke kookpunt niet meer af te koelen viel, werd de vergadering verdaagd. De minister ging als een van de eerste punten in op de vraag gesteld waarom Suriname niet volledig en zelf tot de winning van het eigen goud overgaat. Opgemerkt moet worden dat een econoom uit NDP-kringen, die nu minder zijn visies poneert, sterk gepropageerd heeft dat de Surinaamse regering de goudbusiness in eigen boezem neemt. De NH-minister vindt dat dat een te kostbare zaak zou zijn en hij verwees naar de risico’s die er zijn in termen van minder winst of zelfs verlies en het huidige bezwaar al bij een kapitaalinbreng van ca. 400 miljoen USD. Het zoeken naar goud en verwerken (opzetten plant) schatte de minister op ca. 700 miljoen USD. Met betrekking tot Surgold is nu duidelijk dat Suriname aanvankelijk maximaal tot 20% kon gaan. Verzekerd was wel 15 %, waardoor het NF-deal veiligheidshalve op 15% werd gesteld. Nu is dat 25%. Duidelijk was al dat de royalty die in Suriname geldt tot de hoogste van de bestaande royalty’s in de wereld behoort. De strategie was dus om voor een hoger rendement op andere fronten door meer aandeel te hebben in de operations. De winst wordt vastgesteld na aftrek van de kosten. Van de winst wordt een deel gereserveerd en een deel wordt verdeeld door de aandeelhouders. De minister heeft ook de neiging getoond gisteren om dus hier meer de nadruk te leggen op inkomsten bij een gelijkblijvend prijspeil van goud. Evenwel gaf hij toe dat bij een onderhandeling het gaat om een compromis, dus dat er door Surinaamse zijde is toegegeven aan druk vanuit de multinational. In een interventie wees een DNA-lid met een belastingachtergrond de minister erop dat met betrekking tot de uitbreiding bij Iamgold de 30 (Suriname) om 70 (Iamgold) deal alleen geldt waar het betreft de uitbreiding. Hij verweet de minister in principe dat hij niet het hele verhaal aan het parlement voorhield. Dit assembleelid haalde ook aan dat bij Surgold de kans heel groot is dat de Staat de eerste 3-4 jaren geen inkomsten uit de belastingen (de minister noemde steeds 36% inkomstenbelasting) zal hebben vanwege aanloopverliezen die normaal zijn. De minister bracht hiertegen in dat er in die periode tenminste banen worden gecreëerd.   Met betrekking tot het hete hangijzer van de 12-urige werkdag is door de minister aangegeven dat verwijzing naar deze praktijk totaal wordt weggehaald uit de deals en dat de betrokken minister van arbeid weer zelfstandig een algemeen beleid hierover formuleert. Afwijkende werktijden worden uit de deal verwijderd. Met betrekking tot de management fee van 3.5 % , waarover er veel kritiek bestond, is nu een wijziging voorgesteld om de berekening van het percentage beperkt te houden op de ‘contante operationele kosten’. Alle andere componenten komen weg te vallen, waardoor deze fee die door Surinaamse of de Surinaamse nv moet worden betaald op een lager bedrag zal uitkomen. Verwarrend was wel toen de minister aangaf dat een bepaling over de management fee helemaal wordt doorgehaald, hetgeen kan duiden op een wegschrappen van deze bepaling. Voor de herkenbaarheid met het Surinaams recht is gekozen om niet meer te praten in de Iamgold-uitbreiding over de verwarrende ujv (gemeenschappelijke onderneming zonde rechtspersoonlijkheid) maar een meer herkenbare ‘vennootschap onder firma’ tussen de Surinaamse nv en Iamgold. De minister deelde mee dat hij naar aanleiding van de opmerkingen in deze gouddeals en in toekomstige exploratieconcessies de formulering ‘recht tot exploratie van goud en andere mineralen’ zal vervangen met goud en andere geassocieerde metalen’, waardoor de kans geëlimineerd wordt (bij adequate controle) dat bijvoorbeeld diamant wordt geëxporteerd. Een heel belangrijke mededeling van de bewindsman was dat hij voorstelt om nu door het veel besproken exclusiviteitsrecht van Surgold in de area of interest een streep te halen. Dit zal betekenen dat ook andere bedrijven in het betreffende gebied nog concessies kunnen aanvragen en verkrijgen en niet alleen of primair Surgold. De tijd zal leren wie in deze gebieden concessies krijgen en hoe ze in relatie staan met de autoriteiten en de onderhandelingsteams. Alle dwingende bepalingen voor Suriname in verband met deze exclusiviteit komen hierdoor weg te vallen. Wanneer Suriname participeert, heeft het nut om zich ervan te vergewissen dat de andere partner je niet voor de gek houdt met andere partners door de operationele kosten bijvoorbeeld op te stuwen middels overfacturering of het doen van business met zusterbedrijven tegen hoge prijzen. De ‘at arms length’ bepaling is om deze beoordeling te voorkomen. De beurt van de regering bracht meer duidelijkheid in de cruciale zaken die spelen bij de gouddeals. De minister heeft wijselijk wijzigingen voorgesteld. Tot nu toe is gebleken dat het financieel bezwaar van de oppositie niet helemaal ongegrond was. Bij de deals draait het niet om drastische financiële voordelen.
 
 

error: Kopiëren mag niet!