Het begrip eenheid, verdraagzaamheid en eensgezindheid hebben de kolonisatoren nimmer in hun mond genomen. Er was geen bevolkingsbeleid. De kolonie moest geld opleveren en verder niets. De koning en of koningin hielden zich bezig met de goede en rijke inkomsten van de kolonie. De toevertrouwde macht aan de gouverneur bestuurde het land conform eigen inzichten. Als voorbeeld werd het voorbeeld van de toenmalige Java met de vele arme boeren die allemaal ‘ja en amen’ moesten zeggen. De bevolking werd opzettelijk dom gehouden. Let maar op het aantal hoge scholen en universiteiten in het rijke land. Hoe meer tweedracht, hoe beter. Vandaar dat zij onder een kleine groep legermacht van Ambonezen werden gehouden. De enkele Indo’s hebben de massa krampachtig vast. De verdeel en heerspolitiek aldaar werd ook in Suriname ingevoerd met behulp van een elitegroep.
De gekweekte tweedracht onder de bevolking in Suriname, de verdeel en heerspolitiek van de kolonisatoren, is algemeen bekend. De verschillende bevolkingsgroepen werden bewust geestelijk gescheiden gehouden. Zij moeten maar zien te komen hoe zij met elkaar in contact komen en met elkaar leven. Inderdaad de bevolkingsgroepen leven naast elkaar en niet met elkaar. Niet alleen de taal houden hun van elkaar doch ook de diverse zeden en gewoonten. Vandaar dat zij een zekere mate van verwijdering en bevreemding ondervinden.
In de politiek heeft vanaf het begin van de politieke ontwaking de vraag ‘wie de baas moet spelen op dit gebied’ een belangrijke rol gespeeld. De charismatische leider Iding Soemita heeft het nimmer kunnen vinden met Salikin Hardjo van de PBIS. Deze verwijdering had en heeft jarenlang een belangrijke rol gespeeld. Buiten werd hun achterban op een subtiel manier gesteund en ondermijnd door de niet Javaanse groepen. In de politiek moesten de Javanen niet een grote blok vormen vanwege het politiek spel in het geheel. De twee met moeite gevormde groepen van Somohardjo en Willy Soemita kunnen nog steeds bij elkaar komen om een stevige samenwerking te vormen. Niemand van de twee groepen heeft ooit gesproken over de toekomst van de groep. Ondertussen hebben de opportunisten hun eigen weg allang bepaald en beslist. Ja, zo is en blijft het in de politiek. De toppers hebben hun plaats allang bepaald vanwege hun structuren en de omgeving waarin ze zich bevinden. Ze regelen zichzelf, de achterban moet het maar bekijken. Trouwens de achterban heeft ook allang gemerkt. Jammer, maar zo is het in de politiek, merkt een alerte hoofdkernbestuurslid van Commewijne. Het is echter niet alleen de achterban van de Javaanse groep die bewuster wordt, maar onder alle groepen van de samenleving. Iedereen bouwt zijn veilig nest voor de toekomst, de rustige plaats voor het gezin. De rest moet maar zelf zien uit te komen. Het wordt een harde toekomst.
Kadi Kartokromo