“Het spijt ons dat we voor Inspectie zijn gaan werken. We hadden een veel betere positie als schoolhoofd.” Dit zijn de bittere geluiden die worden gehoord uit de mond van onderwijsinspecteurs die in 2011 hun baan als schoolleider verruild hebben om te werken bij Inspectie Onderwijs. De vorige minister, Raymond Sapoen, had bij hun beëdiging een aantal zaken beloofd die de positie van de inspecteurs zou verbeteren. De Fiso-implementatie zou er voor gezorgd hebben dat onderwijsgevenden die voor de klas staan, veel meer verdienen dan onderwijsinspecteurs. De nieuwe onderwijsinspecteurs zijn dus in salaris achteruitgegaan. Sapoen beloofde aan de Bond van Onderwijsinspecteurs (BIO) onder andere een 25% opslag. De instanties die dit voorstel moesten uitvoeren, kaatsten echter terug naar de bond dat dit voorstel niet op schrift is en de nieuwe minister (Shirley Sitaldin) er niets van weet.
BIO-voorzitter John Koorndijk zegt aan Dagblad Suriname dat de onderwijsinspecteurs zich beetgenomen voelen door het Minov. ‘Zij hebben het gevoel dat de mooie beloften zijn gedaan alleen maar om ze te strikken voor Inspectie. Onderwijsinspectie was al jaren op zowel glo-, voj- als vos-niveau zwaar onderbemand, vanwege de slechte financiële en secundaire voorzieningen. De inspecteurs verdienen meer dan de leerkrachten die ze moeten inspecteren. De meeste van hen zijn vertrokken naar de Antillen of zijn teruggekeerd naar de klas.’
In het kleuteronderwijs waren er landelijk slechts 2 onderwijsinspecteurs die belast waren met het inspectiewerk over dit type onderwijs. Voor het voj waren het er 4. Op het vos-niveau was er maar 1 inspecteur. Na een wervingscampagne in 2011 traden tientallen leerkrachten, na een training, in dienst van de Inspectie. ‘Er was verbetering beloofd, maar niets is tot nog toe geregeld’, zegt Koorndijk. ‘De inspecteurs moeten zich verplaatsten naar de verschillende scholen, maar krijgen nog steeds geen autotoelage. Hun rechtspositie is ook niet geregeld. De BIO heeft gesprekken gevoerd met Sitaldin, maar resultaat is helaas uitgebleven. Als de situatie onveranderd blijft, zal het Minov bij het nieuwe schooljaar het blijkbaar weer met minder onderwijsinspecteurs moeten doen. Het gros heeft aangegeven weer les te zullen geven.’