Minister Ramon Abrahams van Openbare Werken (OW) liet zich gisteren ontvallen dat Surinaamse bedrijven uitgesloten zijn geweest bij de dijkenbouw te Coronie en Commewijne. De Nieuw Front-regering Venetiaan/Sardjoe zou debet zijn aan deze uitsluiting. Hij haalde met deze opmerking uit naar de Nieuw Front- oppositie die de huidige activiteiten aan de dijken zwaar heeft afgekraakt. Volgens de bewindsman is vanuit het Plos-ministerie toen ernaar toe gewerkt om de dijkenbouw uit te besteden aan Nederlandse bedrijven via het programma Oret (Ontwikkelingsrelevante exporttransacties). De bewindsman verduidelijkt dat het Surinaams bureau Sunecon in 2005 belast werd met de voorbereiding van het dijkenbouwprogramma. Het project is toen overgedragen aan het ministerie van Plos voor de financiering.
Het departement diende een Oret-aanvraag in, maar kreeg nul op het rekest. Volgens Abrahams is de consequentie van het meegaan met een Oret -financiering dat alleen Nederlandse bedrijven zullen mogen meedingen. Deze opmerking van de bewindsman ontlokte een tegenreactie van NF/DA’91-assembleelid Winston Jesserun. Hij voelde zich geroepen het beleid van zijn partijgenoot en ex-Plos-minister Ricardo van Raavenswaay te beschermen. Jesserun wist gedocumenteerd aan het college te tonen dat er internationaal getenderd was voor de dijkenbouw. De parlementariër vroeg zich af of men willens en wetens de minister op de verkeerde been heeft gezet door hem incorrecte informatie te verstrekken over dit project. Er is volgens Jesserun een prekwalificatie geweest en er zijn bedrijven uitgeselecteerd. Hierin zaten Surinaamse en andere bedrijven, zei het assembleelid.
Over het dijkenproject te Waterkant zei Abrahams dat noodzakelijke aanpassingen in het dijkenplan Commewijne geresulteerd hadden in een besparing van 6.000 Euro. Dit geld is ingezet in het dijkenplan Waterkant om de bedreiging wat de beschoeiing betreft weg te nemen. ‘De gewijzigde bestemming is comptabel juist geschied’, zei Abrahams. De besluiten zijn vastgelegd in een addendum en doorgestuurd naar de ministeries van Financiën en OW en MNO Vervat.
Ook bleek projectvoorbereider Ilaco kort na het aantreden van de huidige regering geconfronteerd te zijn met grondrechtelijke problemen die de voortgang van het project bemoeilijkten. Abrahams verweet de vorige regering grove nalatigheid, daar zij deze situatie onopgelost heeft achtergelaten voor de regering Bouterse/ Ameerali. De restgelden van het dijkenplan voor Belwaarde, Alkmaar zijn toen noodzakelijkerwijs overgeheveld om de meeractiviteiten aan de Waterkant te financieren.
De oppositie leverde kort na het betoog van de minister ferme kritiek op zijn wijze van beantwoording. Onbeantwoorde vragen nam de bewindsman mee naar de volgende ronde.
