In een Open Oproep aan vice-president Ameerali dringt de Stichting 8
december 1982 bij de regering aan publiekelijk de intimidatie door
anti-democratische krachten van Sharona Lieuw On, voorzitter van
Jongeren tegen Amnestie, krachtig te veroordelen.De regering heeft de
plicht een klimaat van respect voor de grondrechten actief te
bevorderen. Zij mag hierover niet zwijgen.’ Jongeren tegen Amestie
wilden demonstreren tegen de nationaal en internationaal omstreden
amnestiewet 2012, die onder meer een inmenging betekende in het
lopende 8 december strafproces.De politie heeft haar aanbevolen
aangifte te doen. De buurtmanager heeft haar geadviseerd bepaalde
plaatsen te mijden vanwege haar veiligheid. De Stichting 8 december
1982 wijst erop dat eerder de president de tegenstanders van de
amnestiewet ‘volksvijanden’ had genoemd en zijn bisschop sprak van
‘staatsvijanden die moeten worden geïdentificeerd’. ‘Democratie mag
geen façade zijn, het moet een collectieve beleving zijn, geen burger
mag in zijn recht op vrije meningsuiting worden aangetast. De regering
heeft de plicht onze sociaal betrokkene jongeren te beschermen en de
vrijheid van angst te borgen
Met een kogel in de dreigbrief is de brief gelijk aan een
doodsbedreiging.De stichting 8 december 1982 kenmerkt deze
doodsbedreiging als een aanslag op de vrije meningsuiting en voert ons
terug naar de sfeer die er heerste in ons land 30 jaar geleden toen 15
personen ook hun vrije mening gaven en vermoord werden.
Wij vragen niemand om begrip, maar eisen dat rekening wordt gehouden
met de mening van anders denkenden; een doodgewone regel in de
democratie.
Sunil Oemrawsingh
voorzitter
