Het DNA-lid Chandrikapersad Santokhi heeft gisteren tijdens de begrotingsbehandeling het beleid van Buitenlandse Zaken aan een kritische evaluatie onderworpen. Hij vroeg aan de regering waarom een klein land als Suriname zo agressief bezig is ambassadegebouwen aan te schaffen, terwijl er dringende problemen zouden zijn in het land die een aanpak behoeven. ‘Kan de minister informatie verschaffen wat voor nut het heeft om een ambassadegebouw te kopen in Frankrijk voor Euro 6,3 miljoen? Waarom kopen we een post in Georgetown voor USD 650.000? Waarom kopen we een post in Zuid Afrika voor USD 870.000’, vroeg de VHP’er. Volgens Santokhi weet de regering geen prioriteiten te stellen als het aankomt op beleidsprogramma’s. Tijdens zijn betoog werd hij geïnterrumpeerd door de fractieleider van de Megacombinatie, Ricardo Panka, die opmerkte dat men liever moet overgaan tot het aankopen van ambassadegebouwen, omdat er teveel wordt uitgegeven aan huurpanden in het buitenland. ‘Het gaat hier niet eens om het huren van gebouwen, maar om het feit dat er geld wordt uitgegeven aan de aanschaf van gebouwen, terwijl belangrijke posten, zoals het onderhouden van transportwagens, nul cent krijgen. Daar gaat het om’, reageerde Randjietsing fel.
Het leek even mis te gaan na de interruptie, omdat er wederom over en weer werd uitgehaald naar elkaar. Santokhi haalde aan dat zijn punt is dat de aankoop van de ambassadegebouwen voor nu geen prioriteit geniet. Ten aanzien van de aankopen wees hij Panka erop dat bij de aanschaf van de gebouwen niet meteen betaald hoeft te worden. “Er zijn ook huurkoopmogelijkheden die geregeld kunnen worden”, aldus Santokhi. De VHP-voorzitter vindt het erg dat er geen ambassadepost komt in Nederland. Hij meent dat de regering aan de ene kant aangeeft het belangrijk te vinden een diasporabeleid te voeren, terwijl aan de andere kant uit de acties van het ministerie juist het tegendeel blijkt.
Santokhi vroeg ook aan de regering om een mogelijkheid te bekijken om Surinaamse studenten die in Nederland studeren, te helpen aan studiefinanciering. Het is voor Surinaamse studenten economisch moeilijker geworden in Nederland, door de invoering van strengere regels. ‘Het gaat om onze eigen Surinaamse studenten en we kunnen hun niet in de steek laten’, aldus Santokhi.