Winkeliers en supermarkthouders houden zich niet aan het verbod om roti’s en bara’s ten verkoop aan te bieden. Rotishop-houders beklagen zich over de oneerlijke concurrentie die zij ervaren vanwege deze verkoopactiviteit bij de ‘Chinees’. Het optreden van de bestuursdienst en het ministerie van Handel en Industrie (HI) had 3 maanden terug geresulteerd in afname van deze oneerlijke verkoopactiviteit. Rotishop-houders bemerkten tot hun grote verbazing dat de winkeliers weer zijn begonnen met hun ‘oneerlijke handel’. ‘Mijn verkoop begint weer te dalen. Dit is vervelend. Ik moet wel belasting betalen op de verkoop van mijn roti’s, maar die winkelier niet’, zegt een rotishop-eigenaar aan Dagblad Suriname. ‘Wat de zaak lastiger maakt, is dat de Chinese winkelier de roti verkoopt voor SRD 4, terwijl die in de speciale rotishop tussen de SRD 10 en SRD 12.50 wordt verkocht.’
Districtscommissaris Mohammed Kasto van Paramaribo Noordoost zegt de nodige stappen al te hebben ondernomen. De winkeliers hebben geen vergunning om ‘dit soort waar’ te verkopen. De zaak is door hem doorgespeeld aan HI. Hoofd Cillio Cameron van de Economische Controledienst (ECD) zegt dat er eerder is opgetreden tegen winkeliers die zich schuldig maakten aan dit feit. De ECD had toen alle roti’s in de winkels in beslag genomen op grond van het feit dat ze niet beschikten over een grossiersvergunning voor de verkoop van dit product. ‘Deze overtreding is een economisch delict. De overtreders hadden zich daarna gehouden aan het verbod, maar we kregen deze week weer dezelfde klachten.’ Cameron zegt dat de ECD ook nagaat of de winkeliers beschikken over de vergunning tot het produceren van roti, om effectiever te kunnen optreden. Bij herhaalde overtreding krijgt de winkelier een boete of gevangenisstraf opgelegd door het Openbar Ministerie (OM) zegt de ECD-functionaris.
