De import van runderen uit Brazilië heeft een overschot op de Surinaamse markt teweeggebracht. Het vlees van de geïmporteerde runderen hebben volgens slager Peter Noermohammed niet ertoe geleid dat de kostprijs is gedaald in tegenstelling tot eerdere opmerkingen van het hoofd van de Veterinaire Dienst van het ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij. Er was aangegeven dat de kostprijs van het geïmporteerde vlees veel lager zou zijn dan de prijs die wordt gehanteerd. Het zijn de lokale opkopers die de prijs van rundvlees bepalen.
De importeur heeft de kostprijs vastgesteld op SRD 22 per kilo. Door deze concurrentie verkopen de lokale opkopers iets onder de SRD 22. Doordat er een klein verschil is in de prijs, merkt de consument niets van een verlaging. De prijzen zijn bijna hetzelfde gebleven. Noermohammed legt uit dat vooral de Islamitische slagers het heel moeilijk hadden. De prijzen waren niet hoog en er waren weinig runderen. Het inefficiënt beleid van de vorige regeringen heeft ervoor gezorgd dat ongeveer 15 slagerijen over de kop zijn gegaan. De meeste slagers draaiden op verlies en waren genoodzaakt om hun slagerijen te sluiten. De gemengde slagerijen, die naast rund ook wel varkensvlees verkopen, wisten het hoofd boven water te houden door de verkoop van varkensvlees, dat veel goedkoper is dan rundvlees. Noermohammed zegt dat hij heel blij is met dit beleid. Hij had op gegeven moment de hoop opgegeven en stond op het punt om zijn slagerij te verhuren aan een derde, maar de import van de runderen uit Brazilië heeft wat verbetering gebracht in de bestaanszekerheid van zijn slagerij.