“Ik ben geen voorstander van occupatie; laten de mensen teruggaan naar hun plek te De Goede Verwachting. Wij van de Werkgroep Goede Verwachting zijn bezig met een oplossing.” Een herhaalde oproep van parlementariër Andre Misiekaba aan de wilde occupanten van Wit Boiti/Leiding 21. De groep houdt terreinen van derden bezet en heeft daarop huizen opgezet. Occupanten-woordvoerder Sergio Lonswijk zegt dat de groep het binnenland heeft verlaten om in de stad haar heil te zoeken. Misiekaba zei gistermorgen tijdens een persconferentie te De Goede Verwachting dat slechts twee occupanten uit het binnenland komen. Lonswijk en andere occupanten verblijven al geruime tijd in de stad. Het assembleelid heeft Lonswijk, toen zijn vrouw vorig jaar beviel van een drieling, geholpen aan verblijf. Lonswijk werd echter door zijn partner het huis uit gezet. De meeste occupanten van Wit Boiti/Leiding 21 verblijven al jaren in de stad en wachten sedert de vorige regering op een oplossing.
Misiekaba had tijdens het vorige bewind, toen hij deel uitmaakte van de oppositie, de ocupanten ook al opgeroepen rustig te blijven wachten en geen grond te gaan occuperen. De werkgroep heeft de kwestie zondagavond weer besproken en er wordt naarstig gewerkt aan een oplossing. Misiekaba waarschuwde de personen om liever de plek te verlaten, om te voorkomen dat zij op last van de rechter worden aangezegd te ontruimen. De grondeigenaren hebben altijd nog de ruimte naar de rechter te gaan, wat in andere occupatiegevallen wel gebeurd is. Het hoeft volgens de parlementariër niet zo ver te komen. Dat is ook de reden dat hij ze keer op keer waarschuwt terug te gaan naar de plek die zij bewoonden te De Goede Verwachting en rustig te wachten totdat de overheid ze iets aanbiedt.
Misiekaba is niet te vinden voor het voorstel om gronden van derden die bezet worden door occupanten, door de overheid te laten naderen. Hij verwijst naar de anti-occupatiewet die zijn goedkeuring geniet. Het wetsontwerp kan nog niet in behandeling worden genomen, omdat delen van het college nog struikelen over de definiëring van het begrip ‘perceel’ in deze ontwerpwet.
