Het bestuur voor het Agrarisch Krediet Fonds (AKF) heeft belooft intensiever voorlichting te geven aan startende ondernemers en bestaande ondernemers in de agrarischesector. Tot dit besluit is het AKF- bestuur en het ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV) na de bijeenkomst op woendsag 5 september met belanghebenden uit de sector in het SAIS- gebouw gekomen. Het DNA- Lid Rabin Parmessar opperde bij de LVV- minister een bijeenkomst, omdat er onduidelijkheid heerste onder agarariërs over het fonds. De communicatielijnen blijken onvoldoende geinformeerd te zijn over de stand van zaken ten aanzien van het fonds. De bijeenkomst had als doel de belanghebbenden te informeren over alles betreffende het fonds. Behalve de parlementsleden waren ook vertegenwoordigers van de landbouwbank en het AKF- bestuur aanwezig. De landbouwbank is de beheerder van het fonds. Stakeholders waaronder landbouwers hebben tijdens deze info dag aangegeven dat het kostenverminderend zou werken als de afhandelingen van de voorwaarden door deskundigen vanuit het bestuur, de landbouwbank en het ministerie. Verder is gevraagd naar een gereduceerde rente van zes tot zeven procent om rijstboeren tegemoet te komen. LVV- directeur Gerrit Breinburg gaf aan dat het fonds een betaalbare fonds is. Verder zou het niet de bedoeling zijn dat de rijstsector het fonds domineerd. Djaienti Hindori, directeur van de landbouwbank zegt positieve ervaringen te hebben gehad met de agrarischesector, aangezien deze wel instaat is zich te houden aan verplichtingen. De parlementarier Rashied Dhoekie vindt het belangrijk dat de bank een indicatie geeft wie in aanmerking gekomen is voor het fonds en als de opgezette onderneming een duurzaam karakter heeft. Dit voorkomt dat personen te lange en onnodige wegen omzeilen. Ook schort er op beleidsniveau nog veel aan het fonds volgens de belanghebbenden. Het rentepecentage zou te hoog zijn en is verzocht het plafond van de fonds te verhogen. Na de bijeenkomst adviseerde Doekhie landbouworganisties zich te bundelen voor het bereiken van de gezamenlijke doelen.