‘Jules Wijdenbosch maakt Suriname belachelijk’, zegt de fractievoorzitter van het Nieuw Front, Radjkoemar Randjietsingh, fel tegenover Dagblad Suriname. Hiermede doelt Randjietsingh op de uitspraken gedaan door Wijdenbosch dat Suriname beslist geen knieval gaat maken voor haar ex-moederland Nederland. ‘In de volwassen politieke wereld praat men niet zo. Men gaat bilaterale relaties aan, met in het vooruitzicht de voordelen en het profijt die landen eruit kunnen halen.’ De opstelling van zijn politieke rivaal betitelt hij als ‘achterhaald en inhoudsloos’. De politicus stelt dat niet uit het oog verloren moet worden dat het doelmatig samenwerken met andere landen en het aangaan van partnerschap vandaag de dag vereist is om hoger te scoren als land.
‘De regering die nu aanzit, moet haar huiswerk beter gaan maken’, zegt Randjietsingh met nadruk. Zo is het van groot belang dat investeerders aangetrokken worden om projecten te ontwikkelen. De fractievoorzitter van het Nieuw Front heeft zich danig geërgerd aan uitspraken als zou Suriname een rooskleurige toekomst tegemoet gaan. ‘Wanneer de prijs van aardolie en goud gaan kelderen dan ben ik benieuwd wat voor rooskleurige toekomst ons te wachten staat.’
Volgens Randjietsingh wordt thans een beleid gevoerd dat doortrokken is van ad hoc gedrag. Er zou volgens de politicus alleen geblindstaard worden op consumptief beleid, dat slechts gericht is op de dag van vandaag. Randjietsingh zegt verder dat personen, die door het volk naar huis zijn gestuurd, een politieke partij de rug hebben toegekeerd om vervolgens weer met de partij samen te werken, geen uitspraken in de wilde weg moeten doen. ‘Hiermee wordt vooral het imago van het land behoorlijk geschaad. Want zulke mensen willen juist pronken met andermans veren. Terwijl het Nieuw Front heeft zorggedragen voor een goede monetaire reserve en economische zekerheden voor het land.’ Er zijn tal van projecten van de grond gestampt vooral in de mijnbouw. ‘Daarom moeten de verschillende lieden niet met verzinsels komen die kant noch wal raken. Ze proberen hiermee zand te strooien in de ogen van het volk.’
Asha Gajadien-Bhagwat