Er zijn gisteren in de media verschillende berichten verschenen over ontevreden militairen die een gesprek zouden hebben aangevraagd met de president. Militairen zouden ontevreden zijn over het functioneren van de leiding van het Nationaal Leger. Er zouden in de media berichten zijn verschenen dat er krachttermen over en weer zijn gebruikt en dat ook door de bevelhebber, Hedwig Gilaard. Dagblad Suriname nam contact op met de bevelhebber die zegt verbaasd te zijn met de actie van zijn onderdanen. Er is momenteel bij het Nationaal Leger een enorme werkdruk en dus worden militairen vaker opgeroepen. Het gevolg hiervan is, benadrukt de bevelhebber, dat ze dan hun nevenberoep welke ze in principe niet mogen hebben, niet kunnen uitoefenen. ‘Dat voelt men in de portemonnee en dan komen er momenten dat men gaat klagen.’
De bevelhebber vindt de situatie onterecht, daar anderen die maar één baan hebben zich totaal voor het leger inzetten en met één inkomen het moeten doen. ‘En juist zij klagen niet’, zegt Gilaard. Op de vraag hoe het kan dat een militair meerdere banen eropna houdt, zegt de bevelhebber dat dit fenomeen in al die jaren zo is gegroeid. Dat wil hij oplossen. ‘Als anderen die buiten de stad zijn, hard werken, moeten de personen in de stad dat ook doen. En steeds komen er drogredenen over mutatie.’
Gilaard benadrukt dat weinig waar is van wat eerder in de media is verschenen. ‘Er worden geen krachttermen gebruikt en mensen worden niet afgeblaft, die tijd hebben we allang gehad.’ Dagblad Suriname vroeg aan de bevelhebber of de ontevredenheid binnen het leger ook niet te maken heeft met de bevorderingen die vrij stroef zouden verlopen. De bevelhebber zegt dat de bevorderingen helemaal niet stroef verlopen. ‘Er is een cultuur die decennialang is gegroeid en nu is er een functie-indeelsysteem. Daarmee dient er rekening gehouden te worden. Je kan niet ‘a la dol’ bevorderen. In het leger moet je bepaalde vaardigheden hebben om in aanmerking te komen voor een bevordering.’ Tot slot nodigt Gilaard de ontevreden militairen uit om naar voren te komen om een dialoog met de leiding aan te gaan. ‘Er zullen altijd mensen zijn die overigens terecht ontevreden zijn, maar ze moeten het wel in het hiërarchisch systeem van het leger duidelijk maken. Als ze daar hun ei niet kwijt kunnen, kan men altijd naar de hogere hand, opgaand naar de president.’