Het zou niet Suriname zijn als wij niet eerst – voor langere of kortere termijn – overhoop zaten met elkaar, alvorens tot rede te komen. Zij die dit mooi land gekozen hebben om te wonen en te werken (de vreemdelingen in ons midden dus) zouden beslist niet de echte Surinamer in ons herkennen als de erkenning en de acceptatie van Sasur niet vooraf was gegaan aan twist, aan ruziën, aan dyugu dyugu. De herkenningsmelodie, ons geliefd theme song (dyugu dyugu) is de Surinamer eigen en kent als componist niemand minder dan mevrouw “Ruzie”. Dit lied wordt door nagenoeg alle Surinamers graag gezongen, doch de tekst verschilt – afhankelijk van de gelegenheid – van moment tot moment.
Het mag u bekend zijn dat wij met betrekking tot SasurR onlangs een gericht gesprek gehad hebben met de bekende deskundige op muziekgebied, Liesbeth Peroti. Genoemde deskundige, die van wanten weet en pas terug is uit Nederland, alwaar zij onder andere haar kennis op dit gebied verder heeft verrijkt. Op uitnodiging heeft Liesbeth in een select gezelschap geparticipeerd aan een theaterproductie: ‘Nina Simone Alive’ van het MC Theater Amsterdam. Zij is de bescheiden mening toegedaan dat de Stichting Sasur een “must” is. Ze haastte zich evenwel om direct erbij te vermelden dat genoemde stichting wel correct moet functioneren, voor het geval het tegendeel bewezen is. Om daaraan te kunnen voldoen, dient bedoelde stichting zich te houden aan de bestaande internationale richtlijnen.
De oorzaak van het onbegrip dat bij grote delen van de samenleving over het functioneren van de stichting bestaat, moet kennelijk gezocht worden bij de onbekendheid van zaken. De overheid heeft klaarblijkelijk bij het in leven roepen van de stichting onvoldoende voorlichting verschaft inzake de materie met als gevolg de ontstane situatie. De overheid die zeer bewust deze belangrijke stichting heeft geïnstitutionaliseerd, moet na bekend te zijn met de internationale richtlijnen, deze reeds bij de oprichting hebben doorgespeeld aan Sasur. Helaas bestaat de twijfelachtige indruk dat er niet conform de richtlijnen wordt gehandeld. Vandaar misschien een niet te onderschatten deel van de onenigheden bij beslissingen van Sasur. Waarschijnlijk zijn zowel de juristen als de rechterlijke macht ook niet helemaal op de hoogte van de juiste internationale richtlijnen in deze.
De deskundige meent voorts dat vrijwel alle landen in de regio dezelfde bestaande richtlijnen hanteren met betrekking tot het in acht nemen van auteursrechten. Het is in feite niet iets nieuws. Je kunt immers andermans goed (muziek) niet zonder toestemming gebruiken. Ook op het gebied van de kunst (toon, beeld, enz.) dienen wij ons te houden aan bestaande regels. Wij zijn ons echter in Suriname nog niet voldoende van bewust dat onze handeling op het gebruik van intellectueel eigendom neerkomt.
Vele muziekliefhebbers, kunstorganisaties, koren, kerken, maar in het bijzonder mediahuizen, deejays en showpromotors maken bewust veel gebruik van andermans muziek. Het betreft vaak meer dan 70% buitenlands repertoire (muziek dus van anderen). Deze muziek staat meestal geregistreerd en zijn de auteursrechtenorganisaties gerechtigd om royalty’s (betalingen) te innen. Een groot deel daarvan moet volgens de richtlijnen overgemaakt worden naar de componist ( auteur), die geregistreerd staat. Of dat inderdaad het geval is, is ook weer de vraag.
In ons land draaien de radiostations, televisie, mediahuizen ook weer voor ruim 70% eigen Surinaams muziek. Dit heeft in feite tot gevolg dat lokale musici ook hun royalty’s zouden moeten kunnen ontvangen. Een normaal gebruik dat wij helaas niet echt naleven. Deze musici profiteren daarom niet daarvan omdat de meesten onvoldoende kennis dragen van hun rechten. Erger nog, niet weten waar zij terecht kunnen. Partijen dienen evenwel ten alle tijde correct om te gaan met de regelgeving.
Kortom, er moet veel aan voorlichting zijn misgegaan door waarschijnlijk onvoldoende kennis van de internationale richtlijnen door de overheid inzake de stichting Sasur, waardoor deze ten onrechte als een soort fenomeen wordt gezien en beschouwd. Gedegen voorlichting over de materie via radio, TV en Sasur zelf, maar ook en vooral via ons onderwijs is klaarblijkelijk achterwege gebleven. Bewustwordingscampagnes waarbij er uitdrukkelijk op gewezen moest worden dat bij niet-nakoming van de regelgeving ernstige consequenties volgen, zijn blijkbaar nagelaten deze aan de samenleving kenbaar te maken, aldus de deskundige. Vanwege haar uitlandigheid – zoals eerder vermeld – heeft ze de laatste ontwikkelingen helaas moeten missen.
Hoe weet men welke nummers allemaal staan ingeschreven bij de Stichting Sasur? Wordt er regelmatig een lijst uitgegeven, bijtijds gecorrigeerd, publiekelijk bekendgemaakt en verspreid? Is zo’n lijst bij Sasur op kantoor (tegen betaling) verkrijgbaar, etc. etc.? Met ingang van welke datum moest men zich houden aan de regels van Stichting Sasur? Is de overheid niet voorbijgegaan aan de vele kanttekeningen bij de in oprichting zijnde Stichting Sasur?
Begrijpelijk dat al deze vermoedelijke tekortkomingen moeten hebben geleid tot de overbekende geliefde melodie of het deuntje “dyugu dyugu”.
U oordele zelf.