Enkele maanden terug is aan de rijstboeren een financiële ondersteuning beloofd van SRD 130 per ha (voor slechts een seizoen). In geld uitgedrukt, komt dit neer op ongeveer 24.000 ha x SRD 130 = SRD 3.120.000,00 ( bron: SPBA o.l.v. H.Oemraw). Er wordt zoveel heisa gemaakt om dit geld aan de rijstboeren te geven (ondersteunen), terwijl dezelfde overheid nu jaarlijks bijna SRD 19.000.000,00 extra uit de zakken van rijstboeren klopt door de benzineprijs te verhogen (hierover heb ik al voldoende geschreven). De coördinator van de rijstsector, de heer Badrisein Sital, heeft zich volledig ingezet om dat geld voor de boeren vrij te krijgen, maar de laatste weken is de “president van Nickerie” zich met deze zaak gaan bemoeien en heeft nu een mediaoorlog (via de televisie) verklaard aan de rijstdeskundige, de heer Badrisein Sital. Ik zal mij niet inlaten in de interne aangelegenheid van de paarse partij, maar door deze ontwikkeling zijn de rijstboeren een speelbal geworden van “de president van Nickerie”. Deze “president” bemoeit zich met alles wat in Nickerie afspeelt.
De coördinator van de rijstbouw
Ik heb de coördinator van de rijstbouw, de heer Badrisein Sital, vaker op de televisie gevolgd, en met mijn kennis over de rijstbouw, de geografie en de historie, kan ik met alle zekerheid bevestigen dat de heer Badrisein Sital de rijstbouw (de rijstkolom; van inzaaien tot het eindproduct) redelijk goed kent en heeft zich de afgelopen jaren in deze materie redelijk goed verdiept. Hij heeft de potentie (naar mijn mening) om de rijstbouw tot een grotere hoogte te brengen. Anderzijds kan ik ook zeggen dat “de president van Nickerie” geen kaas gegeten heeft van de rijstbouw, maar is wel in staat veel “lawaai” te maken, waardoor de Nickerianen (vooral de rijstboeren) de indruk krijgen dat hij een grote kenner van de rijstbouw is. Ik ben geen rijstboer, maar mijn hele familie zit in deze sector. Ik wil de trotse rijstboeren verzoeken om niet meer naar verhalen van de “president van Nickerie” te luisteren als hij over de rijstbouw praat.
De overheid mag het geld houden
In de periode 2000-2010 hebben de rijstboeren zes maal ondersteuning van de overheid gehad. Zonder veel problemen heeft president Venetiaan zijn volledige medewerking verleend om de financiële middelen vrij te krijgen. De rijstboeren zorgen ervoor dat ons volksvoedsel (rijst) welke wij dagelijks consumeren, in voldoende mate geproduceerd wordt voor de Surinaamse markt. De boeren konden in het verleden heel gemakkelijk met de vicepresident, Jules Ajodhia, en later met de heer Ramdien Sardjoe communiceren. Meneer H.Oemraw (voorzitter van de SPBA) kon tij en ontij de voorzitter van de VHP en later de vicepresident, Ramdien Sardjoe, opbellen en de problemen van de rijstbouw voorleggen. De boerenorganisatie, de SPBA, daarentegen kan de huidige vicepresident Ameerali nooit telefonisch bereiken (de man wil niets van de boeren horen). Als oud-districtscommissaris heb ik vaker de besprekingen bijgewoond. Dit is het grote verschil tussen de huidige (the Change-regering) en de vorige regering. De staatsmedia Info Act heeft nooit belangstelling getoond voor het wel en wee van de rijstboeren. Deze regering zit al twee jaren en een luttel bedrag kan zij de boeren van Nickerie, Coronie en Saramacca niet geven. Over twee jaren gaan zij weer gouden bergen beloven aan de rijstboeren van bovengenoemde districten. Het doe-jaar is aangebroken en men neemt een loopje met de rijstboeren. Ik wil de rijstboeren van Nickerie, Coronie en Saramacca vragen (verzoeken) dat zij de president van de republiek Suriname een heel nette, beschaafde brief schrijven en hem bedanken voor het niet inlossen van de belofte die zijn voorlieden gedaan hadden ter ondersteuning van de rijstbouw. Het bedrag van 3.120.000,00 kan de regering best gebruiken voor andere doeleinden (ik denk in deze aan de Carifesta-viering, Fiso en buitenlandse reizen). De rijstboeren zijn over het algemeen trotse mensen en zij moeten geen bedelaars worden van geen enkele politieke machthebber. Vier van de vijf parlementariërs van Nickerie zitten in de coalitie, maar zij zwijgen als het graf als er over de rijstbouw gesproken wordt. Het enige oppositielid uit Nickerie doet zijn best, maar zijn stem is de stem des roepende in de woestijn.
De boeren moeten een punt achter die SRD 130 zetten en niet meer daarover praten. Deze regering heeft geen belangstelling voor de agrarische sector, maar op internationale fora worden mooie verhalen verteld dat Suriname de potentie heeft om de agrarische schuur van het Caraibisch gebied te worden.
Als deze regering een beetje meer respect heeft voor de rijstboren, kan zij misschien deze agrariërs een kleine ondersteuning geven, maar hoge verwachting heb ik niet van deze machthebbers. De regering moet weten dat boeren over de hele wereld harde werkers zijn (zij kennen geen zon- en feestdagen). Zij willen geen bedelaars zijn. De regering mag niet klagen, want zij verdient toch ruim 19 miljoen extra uit de diesel die de rijstboeren gebruiken om rijst te produceren.
Hardeo Ramadhin