‘Elke corrupte figuur kan opgesloten worden. De bestaande wetten en regelgevingen bieden voldoende mogelijkheden hiertoe’, zegt politiek analist Hardeo Ramadhin aan Dagblad Suriname. Hij vindt het initiatief van de politieke partij DOE heel goed. Deze partij is thans bezig handtekeningen te verzamelen om de anti-corruptiewet te behandelen in het parlement. Maar daarachter schuilt volgens Ramadhin een politieke show om de zogenaamde moraal en ethiek van de partij weer te geven. ‘Wat als je 1000 anti-corruptiewetten hebt en niemand doet ooit aangifte bij de politie tegen een corrupte persoon?’. Volgens Ramadhin moet er niet slechts geblindstaard worden op de anti-corruptiewet. Er moet een mentaliteitsombuiging plaatsvinden in het land zodat corrupte figuren niet beschermd worden door de politiek. ‘Want de politieke loyalisten en partijvrienden worden altijd in bescherming genomen, ook al hebben ze zoveel gestolen en de Staat enorm benadeeld.’
In de periode 2001 tot 2004 heeft Ramadhin als districtscommissaris van Nickerie drie ambtenaren laten veroordelen. Deze is hem niet in dank afgenomen. ‘In plaats van dat ik complimentjes kreeg van mijn meerdere, werd ik juist op het matje geroepen door mijn directeur.’ Ramadhin wil met dit voorbeeld slechts aangeven dat optreden tegen corrupte personen vaak kan leiden tot het verliezen van het eigen brood. En hierin moet er dringend verandering komen.
Ramadhin vraagt zich af of de anti-corruptiewet daadwerkelijk op tafel zal worden gelegd voor behandeling, ook al zijn er 1 miljoen handtekeningen verzameld. ‘Wanneer men corrupte personen wilt opsluiten, kan men dat gewoon doen. De wetten bieden voldoende mogelijkheden daartoe. Maar vaak genoeg worden de corrupte personen in bescherming genomen. Ze worden ontheven en daarna hoor je niets meer van hen. In de meeste gevallen blijven ze weken in hun ambt en verschijnen ze gewoon aan het werk alsof er geen vuiltje aan de lucht is.’
Ramadhin legt er de nadruk op dat ook de Personeelswet voldoende tools geeft om corrupte ambtenaren achter de tralies te doen belanden. ‘Indien de politie of brandweerman of welke ambtenaar dan ook geld aanneemt van burgers gedurende de uitoefening van hun werkzaamheden, kan dit als corruptie worden aangemerkt. En eind van het jaar kennen we altijd het fenomeen dat vooral ambtenaren whisky en vuurwerk vragen aan de winkeliers. Ook dit is corruptie, maar niemand staat erbij stil.’
Asha Gajadien-Bhagwat