De kwestie van de toekenning van de incentives aan de rijstboeren is de druppel geweest die de emmer heeft doen overlopen in de verhouding tussen het NDP-assembleelid Rachied Doekhie en de coördinator van het Rijstorgaan, Badrisein Sital. ‘Wij waren ook blij dat de boeren incentives zouden krijgen, maar wanneer hij na twee maanden niets doet, krijgen wij het volle gelag van de boeren, niet hij.’ Volgens Doekhie heeft Sital nooit op een politiek podium gestaan. ‘Wij worden links en rechts geslagen, niet hij.’
Doekhie benadrukt dat nergens goedkeuring is verleend door de regeringsautoriteiten voor het toekennen van de incentives van SRD 130 per ingezaaide hectare padie. ‘Je mag dan janken als een klein kind, maar feit is je hebt je werk niet goed gedaan. Er is nergens autorisatie verleend. Je hebt een misstap gemaakt.’
In een eerder vraaggesprek gaf Sital te kennen dat door allerlei uitspraken zijn naam te grabbel wordt gegooid. Hij vindt het dan ook misplaatst dat personen die nooit een halmpje rijst hebben geplant, deskundige komen spelen.
Voorzitter van de Surinaamse Padieboeren Associatie, Harrynannan Oemraw, zei over het heen en weer beschuldigen van elkaar het volgende. ‘Ik begrijp deze twee heren helemaal niet. Het is hun politieke partij, laten zij de beslissing nemen om de gelden aan ons te geven.’ Oemraw benadrukt dat de rijstboeren er helemaal geen baat bij hebben dat personen een beschuldigende vinger naar elkaar wijzen. ‘Wij wachten nog steeds op het geld.’
Asha Gajadien-Bhagwat
