Het internationaal aanvaarde bureau Fitch Ratings, dat de kredietwaardigheid van landen beoordeelt, heeft na de Surinaamse economie gevolgd en geanalyseerd te hebben, besloten om de kredietwaardigheid van Suriname op te voeren. Die overall upgrading heeft concreet betrekking op drie aspecten. Het lange termijn uitzicht met betrekking tot vreemde valuta is geüpgraded van B+ naar BB-. Daarnaast is het lange termijn uitzicht wat betreft de nationale munteenheid de status ook geüpgraded van B+ naar BB-. De zogenaamde ‘country ceiling’ is ook opgeschroefd van B+ naar BB-. Het algemene uitzicht is volgens Fitch stabiel. Een reden waarom Suriname kredietwaardiger wordt aangemerkt, is omdat volgens Fitch, de regering van Suriname zich toegewijd heeft getoond om fiscale onevenwichtigheden te beteugelen en om de stabiliteit van prijzen en de wisselkoersen te behouden. Ook de groeiperspectieven van de economie zijn positief. Fitch Ratings benadrukt de fiscale balans en de betalingsbalans die positiever zijn in vergelijking tot regionale landen. Fitch laat echter niet na om Suriname te waarschuwen dat het positieve uitzicht beperkt is. Het bureau meent dat er beperkingen zijn wat betreft de institutionele capaciteit van Suriname in de regionen die, direct of indirect, de sterkte en stabiliteit van de economie bepalen. Bij institutionele capaciteit gaat het om wet- en regelgeving, de kwaliteit van instituten en het faciliterende milieu en de skills van en bezetting met uitvoerende functionarissen. Het bureau waarschuwt ook dat een andere zwakte is het relatief zwakke macro-economisch beleidsraamwerk. Daaronder begrijpen wij dat er weinig wetten zijn in de trend van de ‘Wet op de staatsschuld’ die de soevereiniteit op het vlak van het macro-economisch beleid inkaderen. Een streng stramien vanuit supranationale organisaties zoals de Caricom, in de lijn van de EU, met betrekking tot de betalingsbalans, begrotingstekorten, de nationale schuldpositie afgezet tegen het bbp en de allocaties op de nationale begrotingen, is er ook niet. Fitch blijft waakzaam in de derde plaats ook vanwege hoge inflaties en fluctuaties op het koersenfront enige tijd terug.
Fitch vindt noemenswaardig de pogingen van deze regering om het begrotingstekort van 2.9 % van het bbp in te lopen, via inkomengenererende maatregelen alsmede via de voordelige wereldmarktprijzen van grondstoffen. In dit kader noemt het bureau voorts het feit dat het de regering in haar eerste jaar lukte om het leningenniveau te houden op minder dan 20% van het bbp. De positieve kijk op zaken komt ook door de bekendgemaakte voornemens van de regering om een ‘sovereign wealth fund’ in het leven te roepen. Dit fonds moet dienen als de schuur, waarin vooral met het oog op toekomstige productie- en productiviteitsinvesteringen, gespaard wordt gedurende de ‘7 vette jaren’. In aanmerking zijn ook genomen het aanpassen van het begrotingsproces en het belastingsysteem. Het bureau meldt dat de daadwerkelijke implementatie van deze hervormingen zal leiden tot meer voorspelbaarheid van het overheidsbeleid.
Het ratingsbureau constateert in Suriname een afname van de politieke onzekerheid, naast een strenger fiscaal en monetair beleid, met als resultaat een stabiele wisselkoers. In dit kader wordt ook de 20% devaluatie gezien die door de regering begin 2011 werd doorgevoerd. Fitch concludeert dat de gap tussen de officiële en de straatkoers verdwenen is en dat de jaarinflatie terugviel naar 3.6% in mei 2012 vanuit een piek van 22.6% in april 2011. Ook Fitch waarschuwt dat om de wisselkoerssituatie te behouden, gelet moet worden op o.a. loonaanpassingen. Op het middellange termijn kunnen een gestegen goudproductie en voordelige wereldmarktprijzen lijden tot o.a. stijging van de monetaire reserves. Heel belangrijk is de opmerking van de financiële waakhond dat de voordelige schuldpositie en de stijgende internationale reserves, de al jaren voor gewaarschuwde kwetsbaarheid door afhankelijkheid van wereldmarktprijzen doet afnemen. Fitch hield bij de opwaardering ook rekening met het gedemonstreerde vermogen van de Surinaamse economie om te blijven groeien in 2011 en 2012, ondanks nationale en internationale schokken/ontwikkelingen. Voor 2013 is zelfs een groei van 4.9 % verwacht – na de 4.4 in de voorgaande twee jaren – waarmee Suriname ver boven het vijfjaarlijks gemiddelde van de landen in de BB-categorie scoort. Aan de andere kant is de gemiddelde beschikbaarheid van statistieken in Suriname veel lager dan gangbaar in BB-categorie-landen. Deze passages uit de onderbouwing van de upgrading van Surinames kredietwaardigheid zijn aan de ene kant een aanmoediging om verder te gaan en een compliment voor wat reeds gedaan is. Aan de andere kant moet gewaakt worden voor over-enthousiasme in de politiek, maar met name bij bewindslieden en technocraten. Fitch maakt complimenten en waarschuwt over de kredietwaardigheid, waaraan internationale banken, de kapitaalmarkt en investeerders wat aan hebben. De burgerij kijkt in de eerste plaats naar de stand van zaken in het gezin en naar zijn budget. De regering en politici moeten de upgrading als informatie gebruiken op de juiste plek, niet om iets te zeggen over de creatie van welvaart. Inmiddels krijgt het meten van welzijn ook ingang naast het louter meten van het bbp. Die rangschikking zegt namelijk niet alles over het wel en wee van de burgerij. En dit laatste interesseert de man van de straat in de eerste plaats.