Albert D. gaf op de vorige zitting aan dat hij zich niet schuldig heeft gemaakt aan welk strafbaar feit dan ook. Het Openbaar Ministerie, vertegenwoordigd door Shanta Mahadew, eiste gisteren vrijspraak voor de verdachte. Dit vanwege het feit dat in deze zaak geen wettig en overtuigend bewijs geleverd is. Volgens de benadeelde is de verdachte de inbreker geweest. Hij had de verdachte in dienst genomen voor bewakingswerkzaamheden. Op drie verschillende dagen was er ingebroken in het kantoor van de benadeelde. De benadeelde is US$ 6000 en Euro 1500 armer geworden. Hij gaf aan dat hij het geld in de brandkast had bewaard.
De inbrekers lieten een grote ravage achter. Alle ruimten waren overhoop gehaald. Albert had voor zichzelf enkele alibi’s opgeworpen. Hij gaf aan dat bij de laatste inbraak zijn wagen over de kop was gegaan en dat hij in een dorp vertoefde. De politie heeft de plaats bezocht en ook bewoners van het dorp ondervraagd, maar niemand kon daarover iets vertellen. De bewoners waren onbekend met dat geval. Albert had naar zijn zeggen ook nog een voertuig in valuta aangeschaft bij een bekende car center. Dit is door de politie ook nagetrokken. Omdat hij geen rijbewijs had, kocht Albert de auto op naam van zijn nichtje.
Het nichtje werd gehoord door de politie. De verdachte beweert dat hij als bewaker en als parkeerwachter werkzaam is. Hij gaf aan dat hij dagelijks geld op de Landbouwbank belegde. Uit politieonderzoek bleek echter dat de verdachte slechts SRD 27 als eindsaldo had. De vervolgingsambtenaar gaf aan dat er geen overtuigend bewijs was om tot een veroordeling te komen. Zij eiste daarom vrijspraak tegen de verdachte. Rechter Albert Ramnewash stelde deze zaak uit naar 17 juli. Op die dag zal de magistraat uitspraak doen.
Saskia Bandhan