Een van de meest memorabele uitspraken die door de president bij zijn aantreden over de prioriteiten van het regeerbeleid zijn gedaan, betreft die over de aanpak van corruptie. De president heeft aangekondigd een kruistocht tegen corruptie. Nu weten wij dat de corruptie heus niet alleen afhangt van een anticorruptiewet. Een stuk wetgeving die de naam van de ‘Anticorruptiewet’ draagt, zal niet in staat zijn om de corruptie in de gehele breedte aan te pakken. Er moet eerder gesproken worden over ‘anticorruptiewetgeving’: dat is dan een verzameling van wetten die in het geheel of gedeeltelijk zich uitweiden over het fenomeen corruptie bij de ambtenarij, staatsbedrijven en in de private sector. De bepalingen behelzen dan voor een groot deel preventieve codes, waarop bij overtreding sancties staan als boete en hechtenis. Dan denken we aan, om maar slechts enkele wetsproducten te noemen, de Personeelswet, de Comptabiliteitswet, het Comptabiliteitsbesluit en het Staatsbesluit van 17 augustus 2011, houdende vaststelling van bet Aanbestedingsreglement voor Werken in Suriname 1996 (A WS 1996) en de Uitvoeringsvoorwaarden voor Werken in Suriname 1996 (UWS 1996). Aan de andere kant dient de anticorruptiewetgeving strafrechtelijke bepalingen te omhelzen die voor een groot deel in het Wetboek van Strafrecht al dan niet geclusterd moeten voorkomen. Deze bepalingen komen al voor een deel voor in het wetboek en kunnen nog aangevuld worden via de anticorruptiewet. In tijden van op wanbestuur lijkende acties vanuit het ambtenarenapparaat, wordt ook door coalitieparlementariërs het belang benadrukt van een anticorruptiewet, die nog gewenst zou zijn. Het punt van anticorruptiewetgeving is een zaak die niet zomaar aan de kant gezet zal kunnen worden. Suriname heeft het Inter-Amerikaans verdrag tegen corruptie geratificeerd en moet de bepalingen ten uitvoer brengen. De vele tekortkomingen in verschillende onderdelen van onze wetgeving, waaronder wetgeving over het rekruteren van overheidspersoneel en het aanbesteden van openbare werken, worden regelmatig blootgelegd wanneer het land in de evaluatierondes onder de loep wordt genomen. Suriname heeft nog een lange weg te gaan om geheel in overeenstemming te zijn met het Inter-Amerikaans verdrag. Er is geen regeringsprogramma onder het beheer van een ministerie dat als doel heeft om de corruptiewetgeving, die tientallen wetten behelst waaronder bijvoorbeeld ook de witwaswetgeving die laatst aan de orde was, steeds na elke evaluatieronde bij te stellen. Na elke evaluatieronde moesten in principe een wet worden aangenomen waarmee onderdelen van verschillende wetten werden aangescherpt met gewijzigde of nieuwe artikelen.
De reden voor het nu aanhalen van het belang van de anticorruptiewetgeving is het bericht dat gisteren in de media verscheen over de zogenaamde ‘praktijken’ van een districtssecretaris in Nickerie. Het meest verafgelegen stedelijk gebied vanuit hoofdstad Paramaribo is Nieuw Nickerie. Het district zelf is gedeeltelijk ruraal met een agrarisch beeld en voor een deel puur stedelijk gebied. In het district wordt nog op een bepaalde manier aangekeken tegen dc’s en bestuursambtenaren. Vanwege de afstand met Paramaribo zijn in het verleden wel eens extra bevoegdheden toevertrouwd aan de dc’s, zoals het verlenen van de toelating aan vreemdelingen. Vooral in Nickerie hebben dc’s de neiging om zich extra, wettelijk niet toekomende taken, toe te bedelen. Bestuursambtenaren zijn relatief meer geneigd in de fout te gaan, getuige de twee voormalige dc’s van Nickerie die strafrechtelijk vervolgd worden. Er wordt in Nickerie anders opgekeken tegen ‘mandjha’s’, die waren in elk geval heilige functionarissen zoals bijvoorbeeld blijkt uit de film ‘Wan Pipel’. De dc van Nickerie en de deken der dc’s zijn van mening dat de districtssecretaris zijn functie niet meer mag uitoefenen. De secretaris werd maandag aangehouden door de politie. De hooggeplaatste functionaris op het bestuurskantoor zou in het district een bordeel draaien, waarin nota bene minderjarigen zouden zijn geëxploiteerd. Dat duidt dus in de richting van mensenhandel, hetgeen nog niet is komen vast te staan. Deze praktijk van de districtssecretaris zou naar verluidt niet nieuw zijn, alhoewel op het bevoegde ministerie van RO geen officiële klachten zijn ingediend. Uit de berichtgeving blijkt dat er sprake was van een dossier, waarin stukken ontbreken. Over het bewaken van dossiers zijn er bepalingen opgenomen in het Inter-Amerikaans verdrag tegen corruptie. In Suriname horen we vaak dat stukken verdwijnen althans ontbreken in dossiers. Het wordt niet bekendgemaakt hoe verantwoordelijke functionarissen daarvoor worden gestraft. Werkzaamheden van bestuurskantoren brengen veel verleidingen met zich mee, waartegen menig bestuurskantoorfunctionaris niet bestand is. Men is op deze kantoren soms jarenlang in de fout gegaan en een anticorruptiecampagne om ze te zuiveren, is nooit duurzaam uitgevoerd. Bij het aantreden van deze regering leek het er even op dat de nieuwe bestuurders de zaak grondig zouden aanpakken toen de bevoegdheid om vergunningen uit te geven werd weggehaald bij de dc’s. Op de zogenaamde BO-kantoren moet de regering verder gaan om wanpraktijken te elimineren. De uitspraak van de president zal echter vaak worden gememoreerd. Het is daarom zaak dat de overheid een aanvang maakt met een samenhangende campagne om de corruptie in de publieke en private sector aan te pakken, de nodige wetsaanpassingen te plegen en nieuwe wetten te slaan. Het Inter-Amerikaans verdrag geeft genoeg richtlijnen.