In elke geordende samenleving – zo ook in de onze – zijn er regels (wetten) waaraan men zich dient te houden. Zo zou men zich op het parkeerterrein van een hotel bijv. moeten houden aan de aanwijzingen van de parkeerwachter. Bezoekers van bioscoop, toneel of één of andere show dienen steeds hun toegangskaartje bij aanvraag te tonen. Allemaal gebruikelijke orderegels die als normale controlehandelingen worden beschouwd. Er wordt voetstoots aangenomen dat ze bij een ieder bekend zijn.
In ons Suriname van vandaag komen er echter allerhande gedragsafwijkingen voor die ons daardoor tot een andersoortig, een uniek land maken, helaas heel vaak in negatieve zin. In deze kleine samenleving waar iedereen, iedereen kent, is men gauw geneigd deze gangbare regels te negeren en zich nota bene erop te beroepen dat de poortwachter, de suppoost, kortom, degene die belast is met de controle bij de ingang onze maatschappelijke positie of onze rijke verdienste dient te kennen en daarom niet lastig moet doen. ‘Wie is hij?’, is vaak ook nog de vraag die minachtend wordt gesteld aan degenen die hun oor te luisteren willen leggen en die bestemd is voor de betrokken werknemer.
Geheel onnodig en bovendien niet ter zake doende meende de presentator van het zeer populaire TV-sportprogramma “Q.N.” één dezer dagen een soortgelijk geval te berde te moeten brengen dat zich recentelijk had voorgedaan tussen een met de controle belaste persoon en een populaire oud-international voetballer.
Zoals eerder gezegd werd de aandacht van de kijkers en luisteraars, gekluisterd aan de TV en hun onverdeelde aandacht schonken aan al het mooie wat hen te zien werd geboden aan sfeerbeelden en verteld werd aan achtergrondinformatie over sterspelers en/of landen, clubs, trainers, etc. etc., onnodig onderbroken door de presentator. Wie schetst onze verbazing als de sfeer abrupt wordt verpest enkel om kijkers en luisteraars, op zo’n ongelegen moment onaangenaam te vergasten met een eenzijdig verhaal over een aanwezige gastcommentator uit Nederland, die onlangs niet juist zou zijn behandeld door een toevallige suppoost bij de ingang van het Essed Stadion.
Het is onvoorstelbaar dat één van de overigens zeer sympathiek overkomende presentatoren – kennelijk alleen maar om het SVB-hoofdbestuur onaangenaam te zijn – zich zeer afkeurend heeft laten gaan en het overigens uitstekend verzorgde populair en kleurrijke programma daarbij misbruikt heeft om zijn gal – bij wijze van commentaar op de SVB – te spuwen. Er zijn immers voldoende andere momenten en gelegenheden daarvoor, zoals de reguliere programma’s.
Nogmaals, het gebeurde met de gastcommentator en oud-international stond in geen enkel verhouding met het EK-gebeuren over het algemeen en ook niet met de betreffende voetbalwedstrijd van het moment. Wie van beide het gelijk aan zijn zijde had bij de twist, betrokkene of de suppoost, interesseerde de kijkers en luisteraars op dat moment helemaal niet. De mededeling was niet ter zake doende. Bovendien was het incidentje reeds bij de ingang van het stadion op de bewuste dag tot tevredenheid van partijen opgelost en de oud-international om wie het gaat is uiteindelijk in het stadion toegelaten en gezien door de aanwezigen.
Waar het in feite bij ons om gaat is de oppervlakkigheid waarmee men te werk gaat. Men denkt dat de controleur slechts een ‘suppoostje’ is , dus men mag doen wat men wil.
Van het bekende gezelschap waaruit de presentator van bedoeld sportprogramma bestaat, mag worden verwacht dat die vooral niet via het bij uitstek sportmedium (de gastheer van het grote voetbalgebeuren) de betrokkene adviseert, maar hem achteraf zou moeten wijzen op de juiste weg niet alleen, maar meer nog in het vervolg hem de gangbare weg te doen bewandelen. Een foutje of een misverstand met een toevallige suppoost bij de ingang van het stadion aan de grote klok hangen, heeft niet de eerlijke bedoeling te corrigeren. Het zou niets aan de overbekende prestaties noch aan de eer van betrokken international hebben geschonden als deze zich met medeneming van het pasje (“voor het leven”) zich eerder voor alle zekerheid had laten vergewissen op het SVB-kantoor. De mogelijkheid aan veranderingen moet altijd in acht worden genomen. Maar neen, men laat zich inlichten door anderen dan de bevoegden en zoekt na onaangenaamheden de fout niet bij zichzelf, maar bij de bevoegden.
De betrokken oud-international dient te weten dat hij bij de ingang van het stadion niet met de voorzitter van de SVB te doen zal hebben, maar met een eenvoudige poortcontroleur, die zich aan bepaalde instructies moet houden op straffe van allerhande te treffen maatregelen tegen hem als werknemer.
Het bekende gezegde: “Wat Jupiter mag, mag de Os nog niet” geldt bij deze beslist niet.
Hoe scheef de verhoudingen tussen de bedoelde presentator(en) en het huidig SVB-bestuur, door samenloop van omstandigheden, zijn komen te staan, de objectiviteit en de gangbare regels in de samenleving moeten nooit ondergeschikt worden gemaakt aan uitingen van wraakgevoelens. Het volstaan met klachten te bevoegder plaatse schenkt kennelijk bij hen, de presentatoren, niet de gewenste voldoening! En dat is wel jammer!
Gewoon ter zijde mag aan de redactie van het populaire sportprogramma de wenk gegeven worden om in het vervolg liever wat meer kritische aandacht te willen besteden aan de uiterlijke verschijning van gasten dan het luister- en vooral het kijkpubliek met onprettige gevoelens uit het grijze verleden te belasten. In bepaalde gevallen zou het beter zijn te volstaan met slechts de vermelding van de aanwezigheid van de gast in het land in plaats van o.a. de verschijning op de gevoelige beeldbuis, die doorgaans alles en dan ook alles laat zien. Het advies is uiteraard geheel vrijblijvend.