Het personeel werkzaam bij de Surinaamse Waterleiding Maatschappij (SWM) is sinds gisteren in actie. Het hoofdkantoor in Paramaribo, waar er doorgaans bedrijvigheid is, maakt een verlaten indruk, omdat alle werkzaamheden zijn stilgelegd. De aanleiding voor deze staking is de weigering van de directie een loonsverhoging van 15 % te geven. De SWM-leiding wil slechts 9% geven, zegt bondsadviseur en C-47-topper Robby Naarendorp aan Dagblad Suriname. Het besluit de boel lam te leggen, is vrijdag genomen op een algemene ledenvergadering. Intussen zijn partijen opgeroepen te verschijnen voor de Bemiddelingsraad (BR). Gisteravond heeft het eerste onderhoud plaatsgevonden bij de Raad.
De werknemers zijn gebelgd over de opstelling van de directie. Bij de loononderhandelingen van vorig jaar werd nog een overeenkomst bereikt voor 15% loonsverhoging. Naarendorp zegt dat de directie de instructie gehad heeft van de regering om niet meer dan 9 % te geven. Deze instructie is gegeven aan directies van alle parastatale bedrijven. Die opdracht heeft te maken met het IMF-advies om aan loonmatiging te doen. De regering denkt de bedrijven te binden aan dit advies om schouderklopjes te krijgen van het IMF. Naarendorp wijst de regering erop dat overal waar dit IMF-recept is uitgevoerd, er sociale onrust is ontstaan. Het is de derde bond in een week die in actie is en door de BR is opgeroepen. De C-47-topper zegt dat deze conflicten een moeilijke dobber zullen zijn voor de raad. Deze cases verschillen met die van de jaren daarvoor, omdat er toen geen instructies waren gegeven vanuit de regering aan de werkgevers.
De regering houdt vast aan 9 % of minder, terwijl de werknemersorganisaties geen genoegen zullen nemen met minder dan 15%. Naarendorp waarschuwt dat er nog meer arbeidsconflicten zullen ontstaan als de regering vasthoudt aan deze trend. De regering kan niet voor de werknemers bepalen hoeveel zij moeten krijgen. Dat gebeurt in gemeen overleg. Er zijn nog een aantal bonden in de parastatale sector die deze maand in loononderhandeling zullen treden. Naar alle waarschijnlijkheid wacht hun hetzelfde lot als de bonden bij de SWM en de banken. De C-47-topper wijst erop dat de eis van 15% meer dan billijk is. De loontrekkers zijn vanwege de regeringsmaatregelen (devaluatie en government take) armer geworden, daar zij reëel 15 % achteruitgegaan zijn in salaris. Naarendorp vindt het absurd dat de regering de loontrekkers hun rechtmatig deel onthoudt van de winst en de groei waarvoor ze zich hebben ingezet. ‘Als men vasthoudt aan deze lage percentages moet men maar voor de consequenties instaan.’ Voorlopig is de watertoevoer gegarandeerd. Als de bemiddeling niets oplevert en zaken op de spits worden gedreven door de halsstarrige houding van de directie en de regering, zal deze garantie worden ingetrokken.