Premperkash J., Chabbielal B. en Iwan H. worden bij dagvaarding verweten dat zij 88 ijzeren staven van Soenildath hebben weggenomen. Alle verdachten in deze zaak zijn voorlopig in vrijheid gesteld. Van de 3 verdachten verscheen slechts Chabbielal gisteren ter terechtzitting. Hij gaf de rechter te kennen dat de vrouw van de verdachte Premperkash hem niet heeft gezien tijdens het wegmaken van de ijzeren staven. Hij ontkent het feit steevast. Volgens Chabbielal heeft de echtgenote tot drie keren toe bij de rechter verklaard dat zij hem niet heeft gezien. Chabbielal gaf aan dat hij en Premperkash een oude vete hadden. Hij was Premperkash hiervoor gaan aanspreken. Volgens zijn verklaring heeft Premperkash hem onnodig bezwaard.
De openbare aanklager, Claudia Bruining, eiste tegen elk van de verdachten een gevangenisstraf van 4 maanden, waarvan 3 voorwaardelijk met aftrek en een proeftijd van 3 jaar. Tegen de verdachten Chabbielal en Premperkash achtte de officier van justitie (OvJ) diefstal wettig en overtuigend bewezen. Met betrekking tot Iwan achtte de OvJ opzettelijke heling bewezen. Iwan had de ijzeren staven gekocht en weder verkocht. Volgens Premperkash had Chabbielal hem SRD 200 gegeven om de poort, waar de ijzerwaren opgeslagen waren, open te laten met de bedoeling om de buizen weg te nemen. De vervolgingsambtenaar gaf aan dat een groot deel van de gestolen ijzeren buizen terug zijn gevonden en intussen aan de rechtmatige eigenaar zijn teruggegeven. De verdachten hebben allen een maand in voorarrest doorgebracht. Indien rechter Robbie Rodrigues het strafvoorstel van de OvJ overneemt, zullen de verdachten op vrije voeten blijven. De rechter zal op 27 juni vonnis vellen.
Saskia Bandhan