Het betalen van hoge invoerrechten bij het binnenhalen van materieel en producten ten behoeve van de landbouw blijft een nekslag voor de landbouwers. Vooral de personen die aan tuinbouw doen, hebben het meest te verduren. Ze krijgen geen incentives van de Staat. Deze klein-landbouwers zijn al jaren geheel op zichzelf aangewezen. Al tientallen jaren laten zij hun klaagzang horen, zonder dat er naar hen geluisterd en of omgekeken wordt. Zij vragen zich tegelijkertijd af op welke manier de president van Suriname een voedselschuur zal maken indien hij de tuinbouw zo een stiefmoederlijke behandeling geeft ten opzichte van de overige sectoren.
Afgelopen zaterdag waren Wim Bajnath, die zelf landbouwer tevens voorzitter van Landbouwcoöperatie Kwatta is, en Suresh Algoe, onderdirecteur Landbouw van het ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij, te gast in het programma Kal Aj Aur Kaal, dat via RBN-televisie en radio wordt uitgezonden. Bajnath legde de nadruk op dat er geen sprake is van ontheffing van de invoerrechten. ‘Uit de winsten die wij maken, moeten wij 38 % aan belastingen betalen. Bij het binnenhalen van chemicaliën en kunstmest ten behoeve van de landbouw krijgen zij geen ontheffing van de minister van Financiën, legde hij uit. Al decennia lang wordt geklaagd over de hoge invoerrechten die betaald moeten worden. Er zijn echter nooit maatregelen getroffen om deze af te schaffen en of te minimaliseren.
Onlangs hebben kinderen van een persoon een tweedehandse minitractor Kubota voor hem gekocht in Nederland. De prijs inclusief vrachtkosten bedroeg Euro 4.000. Bij aankomst van de minitractor moest SRD 4.300 betaald worden aan invoerrechten, koerscorrectie, afhandelingskosten en inklaringskosten. Het heeft zeker twee weken geduurd alvorens hij over zijn machine kon beschikken. ‘Je moet van hot naar her om je zaken te doen als tuinbouwer en beginnende veeboer zou ik me bij KKF moeten inschrijven om een verzoek te doen voor vrijstelling van 5 % invoerrechten. Maar om je bij KKF in te schrijven, moest ik een afspraak maken en een uittreksel uit het bevolkingsregister halen. Ik kon mij alleen met mijn Nederlands paspoort legitimeren. Met mijn Surinaams rijbewijs kon het niet.’ Hiermede geeft deze persoon aan dat niet slechts het betalen een probleem is, maar de afhandeling van administratieve zaken laten ook veel te wensen over.
Opmerkelijk is dat hoewel Algoe bevestigde dat de hoge invoerrechten moordend is voor de landbouwers, hij geen pasklaar antwoord hierop had. Bajnath legde vooral de nadruk op dat de afgelopen 15 jaar er sprake is van afbouw binnen de sector. ‘Het probleem is niet van nu.’ Volgens hem zou ordening, zoals die plaatsvindt bij de goudsector, eventueel kunnen helpen om de sector op te krikken. De overheid moet proberen om landbouw uit de informele sector te halen, zodat de landbouwers ook hun bijdrage kunnen leveren aan de staatsinkomsten.
Asha Gajadien-Bhagwat