De Europese Unie kwam bor’ bori naar het artikel 8-dialoog. De delegatie, onder leiding van de EU-ambassadeur Robert Kopecky, presenteerde aan het eind het dialoog een voorgekookte persverklaring, waarin Suriname zich helemaal niet kon terugvinden.
In de verklaring is opgenomen dat de EU, Suriname erop wees om de Amnestiewet te herzien. Ook moeten de daders van de Moiwana-slachting berecht worden. Verder staat er dat de EU bij Suriname aandrong om af te zien van het intimideren van individuen die hun mening willen geven. Volgens Winston Lackin, minister van Buitenlandse Zaken, is er niet een woord gerept over Moiwana. Het bevreemdt hem dat er dan over Moiwana wordt geschreven.
Er is ook niets gezegd over intimidaties van burgers, die andere ideeën op nahouden. Dat is echter wel opgenomen in de persverklaring. De bewindsman legt verder uit dat er nadrukkelijk aan de EU is gevraagd waarom Nederland documenten, die belangrijk zijn voor Suriname, voor 60 jaar opbergt. Deze vraag werd uitdrukkelijk gesteld. Eu heeft het echter niet in haar verklaring opgenomen.
Winston Lackin drukte zich bescheiden uit. ‘Ik ben teleurgesteld’, zei hij gisteren tijdens een persconferentie. Hij en staf van verschillende ministeries hadden zich uitgebreid voorbereid op de meeting. Op alle vragen van de Kopecky, die overigens alleen het woord voerde, is er uitputtend ingegaan. Suriname toonde zich van haar meest transparante zijde.
In de press release is Dr. Sophie Redmondstraat aangegeven, maar het ministerie van Buitenlandse zaken is gevestigd aan de Henk Arronstraat. De Eu-delegatie wilde niet aanwezig zijn op de persconferentie die Buza belegde.