De kantonrechter heeft een drugskoerier en een helper conform de eis van de officier van justitie veroordeeld. Mandesa Blank en Geoffrey Ulde hebben zich schuldig gemaakt aan overtreding van de Wet op verdovende middelen. Ulde bracht Blank in contact met zijn vrienden die zich bezig houden met drugspraktijken. De vrienden van Ulde benaderden Blank om een doos ter verzending aan te bieden, omdat zij geen legitimatiebewijs bij zich hadden. Voor de diensten zou Blank SRD 300 ontvangen. Zij stemde toe en postte de doos. Op 11 oktober bleek dat er 60 gram coke in twee pakken stroop verborgen zat. Blank werd opgespoord door de politie. Zij had een verkeerd adres aangegeven op het verzendformulier. De sterke arm heeft het juiste adres bij het CBB-kantoor nagetrokken en kwam achter de juiste verblijfplaats van Blank. Op 5 januari heeft de politie Blank in de kraag gevat. Op grond van haar verklaring werd Ulde toen aangehouden. Hij bekende bij de politie Blank in contact te hebben gebracht met zijn vrienden.
De vervolgingsambtenaar achtte uitvoer wettig en overtuigend bewezen. Zij eiste tegen elk een straf van 10 maanden, waarvan 5 voorwaardelijk met aftrek, een proeftijd van drie jaar en een geldboete van SRD 1000 subsidiair een maand hechtenis. De advocaat verzocht de rechter om Blank primair vrij te spreken en subsidiair verzocht zij om haar cliënt een mildere straf op te leggen.
De magistraat achtte het feit zeer ernstig. Volgens de rechter is er sprake van bewuste samenwerking. Ulde was ervan op de hoogte dat er drugs in die doos verborgen waren. ‘Het motief in deze zaak is geld’, zei de rechter. Ulde zou geld ontvangen indien hij koeriers in contact zou brengen met de drugshandelaren. Blank is moeder van een 7-jarig kind. Maar dit moet geen reden zijn om zo een feit te plegen, gaf de rechter aan. Hij legde elk een straf op van 5 maanden met daarop een boete van SRD 1.000.
Saskia Bandhan     Â