De Surinaamse rechter mag wetten toetsen aan de grondwet. Die wetenschap werd gistermiddag door de juristen Fred Kruisland en Hugo Essed de ether ingestuurd. De deskundigen ventileerden deze mening via radio ABC gistermiddag. Zij gingen in op de laatste ontwikkelingen in het 8 decemberstrafproces. Daarin heeft de auditeur-militair de rechter gevraagd om het proces op te schorten, totdat het Constitutioneel Hof, dat nog niet bestaat, de Amnestiewet heeft getoetst
Essed legde uit dat artikel 80 van de grondwet uitlegt dat wetten onschendbaar zijn, maar dat er toch drie uitzonderingen zijn. Artikel 106 van de grondwet legt uit dat nationale wetten niet toegepast kunnen worden wanneer internationale verdragen anders bevelen. De jurist gaat verder en haalt artikel 137 aan, waarin staat dat de rechter de toepassing van bepalingen die in strijd zijn met de hoofdgrondrechten, zoals die vervat zijn in hoofdstuk 5 van de grondwet, ongeoorloofd mag verklaren. Dit betekent dat de rechter wettelijke regelingen zelf mag toetsen. Immers, de grondwet geeft de rechtsgeleerde die tools. Het verschil tussen de rechter en het Constitutioneel Hof is dat de rechter de wet niet van de tafel kan vegen, het Hof wel.
Volgens Kruisland is het de rechterlijke macht die rechtsgeschillen mag beslechten. Dit betekent volgens de jurist dat de wetgever, de regering en overige overheidsorganen met staatsmacht bekleed zijn om deze bepalingen in de grondwet in acht nemen. ‘De wetgever kan niet aan de rechterlijke macht zeggen dat je iets moet doen in strijd met de grondwet.’
Deze artikelen in de grondwet zijn volgens Essed bedoeld om de dictatuur van de wetgever tegen te gaan. Het kan volgens de jurist, bij wijze van voorbeeld, nooit zo zijn dat DNA op een dag besluit om mensen met een bepaalde huidskleur rechten te ontnemen. Er mag geen onwaarachtig recht worden geschapen. ‘De wet is onschendbaar aan algemene regels. Er is echter bescherming in de grondwet. De rechter is daarom bevoegd om dat te toetsen. Dat is bescherming van de burger.’
Kruisland merkte op dat in het parlement DNA-lid Melvin Bouva beweerde dat Suriname een soevereine staat is en daarom zelf haar nationale wetten mag slaan. ‘Op het moment dat je verdragen sluit, lever je een deel van je soevereiniteit in. Dan kan je nooit je eigen interne wetgeving te hulp roepen om je te onttrekken aan verdragen.’