Harish Monorath kan zich niet voorstellen dat enkele leden in de commissie van rapporteurs voorstellen om na amnestie er aan waarheidsvinding kan worden overgegaan. Het lid vraagt zich af of amnestie juridisch mogelijk is.
Monorath vroeg zich af wat de juridische status van de mensen is die zijn overleden op 8 december 1982. ‘Zijn ze vermoord, gemarteld of op de vlucht doodgeschoten? Dat bepaalt of amnestie mogelijk is of als er iets van wettelijke inmenging in een rechtsproces mogelijk is. Ik wens te begrijpen wat de interpretatie is.’
Het lid zei verder dat de volgorde die nu wordt voorgesteld, omgekeerd is. Monorath vindt dat er eerst een commissie waarheidsvinding moet worden ingesteld. Die commissie doet aan waarheidsvinding en bepaalt op basis van de informatie of de persoon in aanmerking komt voor amnestie. Indien er amnestie wordt verleend, kan verzoening plaatsvinden.