Geconsolideerde nettowinst voor DSB bank

De geconsolideerde nettowinst voor de DSB Bank bedraagt per ultimo 2011 SRD 35.713. 238. Dit is een groei van bijkans 30,2 % ten opzichte van het jaar daarvoor, stelt de bank in haar jaarverslag over 2011. Het geconsolideerde balanstotaal per eind van het verslagjaar is eveneens gestegen  tot SRD 2. 541. 883.000,  een toename van 20,0 % ten opzichte van  2010.  De passiva van de bank bestaan  hoofdzakelijk uit de door de cliënten  aan de bank toevertrouwde  middelen en het eigen vermogen. Per ultimo 2011 zijn de aangetrokken middelen gestegen met 19.9 %  tot het bedrag van SRD 2,200.0 miljoen. Hiervan bedraagt het vreemde valuta component 61.5%.  Het aandeel van de spaargelden bedraagt per 2011  31,7% , terwijl het aandeel van de girogelden gestegen is van 46% in 2010 naar 48.1 % in 2011. Het aandeel van termijn deposito’s is ten opzichte van ultimo 2010 gedaald van 18% naar 14,2 % in 2011 tot een bedrag van SRD 311.3 miljoen. Het eigen vermogen van de bank nam in het verslagjaar toe van SRD 150,1 miljoen naar SRD 180,1 miljoen. Dat is een stijging van 20.0%. Ter ondersteuning van haar doelstelling om de soliditeit  van de bank te verbeteren, is het beleid erop gericht een groot deel van de nettowinst te reserveren. Dit dient als buffer voor de vele risico’s waaraan de bank, net als alle andere bedrijven onderhevig is. De solvabiliteitsratio bedroeg per eind 2011 10,49%. Hiermee voldoet de bank aan de minimale internationale BIS-norm van 8%.
In 2011 bedroeg de groei van de zakelijke kredietportefeuille  28%. In 2010  was dit 12 %. Deze toename is volgens der bankinstelling toe te schrijven aan de verdere uitbouw van de kredietverleningsfaciliteiten en anderzijds is het beïnvloed door de in januari doorgevoerde devaluatie van de Surinaamse dollar. De valutamarkt in Suriname heeft zich volgens de bank in het verslagjaar steeds meer ontwikkeld tot een evenwichtige factor. Vooral de door de Centrale Bank van Suriname (CBvS)  doorgevoerde koersaanpassing op 20 januari 2011, waarbij de  vaste koersverhouding tussen de USD en de SRD van SRD 2,80 naar SRD 3,35   is verhoogd, heeft tot dit evenwicht geleid. Het gevolg is dat de bank in veel betere mate kan voldoen aan de vraag van cliënten naar vreemde valutatransacties bij zowel aan- als verkopen. De netto-kredietverlening is uitgedrukt in SRD met 29.8 % toegenomen tot SRD 1.214.286.000. Het aandeel van de vreemde valuta in de kredietportefeuille is 51.5 % per eind 2011, dat betekent een toename van de dollarisatiegraad. Het aandeel van de vreemde valuta bedroeg per ultimo 2010 nog 47.0%.  De bank zegt dat zij door het bereikte resultaat in 2011 haar marktpositie verder heeft weten te verstevigen.  De geconsolideerde groei heeft ook geleid tot een stijging in de belastingafdrachten en de dividenduitkeringen. Aan dividenduitkeringen is een bedrag van SRD 12.5 miljoen afgedragen.
De buitenlandse beleggingen bedroegen per eind van het verslagjaar SRD 612.175.000. Aan schatkistpapier had de bank per eind 2011  SRD 80.779.000 geplaatst, wat ten opzichte van ultimo 2010 een lichte daling betekent.  De bank noteert in haar jaarverslag ook enkele bedrijfsmeevallers, zoals het opheffen van het beslag op haar tegoeden bij de commerciële banken in Suriname bij vonnis van de kantonrechter op 6 oktober 2011. Dit beslag was gelegd door G. Parbhoe. De  DSB-Bank vermeldt ook het afwijzen van de  vordering van Parbhoe door de Rechtbank Rotterdam op 7 maart 201. De eiser had de vordering  in 2008 bij de Rechtbank Rotterdam  tegen de bank aanhangig gemaakt. De DBS-Bank neemt in haar jaarverslag ook de nationale ontwikkelingen mee. Volgens de bank heeft ons land geprofiteerd van het onrustig economisch klimaat in de wereld, dat onder meer geleid heeft tot stijging van de olie- en goudprijzen. De huidige regering heeft volgens de bank het stimuleren van economische ontwikkelingen nadrukkelijk  verankerd en onderhandelingen  met buitenlandse en lokale investeringsgroepen zijn daar een voorbeeld van.
Investeringen in de minerale, land- en bosbouwsector, als ook de toeristische sector zijn thans aan de orde.  De ontwikkelingen in de oliesector worden als positief aangemerkt, gelet op de investeringen van Staatsolie in de nieuwe raffinaderij en het Wageningenplan. Evenwel wordt een lichte productiedaling in de bauxietsector genoteerd. Naast de particuliere investeringen heeft in 2011 ook een verbreding plaatsgevonden van de mogelijkheden voor het verkrijgen van multilaterale financiering. De bank noemt in dit kader expliciet de financieringen van de Inter Amerikaanse Ontwikkelingsbank (IDB) en de verruiming met de Caribische Ontwikkelingsbank (CDB). Deze verruiming van financieringsmogelijkheden op de internationale  kapitaalmarkt is volgens de bank ons land ongetwijfeld ten goede gekomen. De bank vermeldt ook de verbeterde rating als een meevaller voor de nationale economie. ‘Op 19 augustus  2011 maakte Standards & Poors bekend dat de lange termijn vreemde valuta rating van ons land is verhoogd van B+ naar BB-  met stabiel vooruitzicht.’

error: Kopiëren mag niet!