De achterban van de KTPI en die van Pertjaya Luhur houden voorlopig hun mening voor zichzelf. Zij wachten rustig de verdere ontwikkelingen af. Gelijk hebben ze. Terwijl de achterban in deze woelige periode druk in de weer is, zijn de leiders heel amicaal met elkaar in contact. Binnen de leiding merk je naar buiten toe geen rivaliteit. Het is niet als in de periode van PBIS en KTPI in de vijftiger jaren. De Javanen zijn op politiek gebied en ook op andere fronten bewuster geworden. De huidige en de opkomende politici met een Javaanse achtergrond zoals Soewarto Moestadja, Wangsabesarie, Sapoen, Soentik, [Kaiman die de laatste tijd het politiek gebeuren van op een afstand volgt], bedrijven politiek welke geleid wordt door de ratio en niet door emoties. Tijden veranderen, ook zij willen rustig van hun toekomst genieten zonder al te veel djugu-djugu. Wie heden ten dage in de politiek zit en zich echt druk maakt, heeft de politiek in deze periode niet begrepen. Zo simpel is het.
Een vergelijking maken en verschillen of overeenkomsten zoeken in de politieke sfeer tussen twee persoonlijkheden, Willy Soemita en Salam Somohardjo, is vaak heel moeilijk. Bij de ene is er sprake van overgenomen politieke macht, terwijl bij de andere het gaat om een met moeite zelfopgeofferde politieke leider. Hun politieke belangen liggen niet alleen divers, doch zijn erg persoonsgebonden. Een ding staat vast, hun achterban bestaat historisch bekeken sinds de beginjaren van de Javaanse politiek vrijwel steeds uit hetzelfde deeg, de Javanen. Wel moet gesteld worden dat vanwege de ontwikkelingen en verwikkelingen in het verkrijgen van de politieke macht er duidelijke verschuivingen zijn te constateren. Willy Soemita heeft, alles bij elkaar opgeteld, vanwege zijn politieke participatie langer in het machtscentrum gezeten dan Somohardjo. Hij heeft ook, tijdens de regering Shankar, allerlei netelige gevallen moeten helpen oplossen. Denk maar aan de kwestie Gooding.
De gematigde en de begripvolle leider Willy Soemita, tegenover de progressieve doch vaak rebellerende en opposante leider Somohardjo, willen beiden hun politieke macht op hetzelfde tijdstip en met inbegrip van dezelfde mogelijkheden bezitten en uitvoeren. Maar wij moeten niet uit het oog verliezen dat de tijden veranderen, en evenzo de omstandigheden. Wij weten ook uit de geschiedenis van Indonesië, ten tijde van Moh. Hatta en Soekarno, twee persoonlijkheden die elkaar aanvulden in de politiek; maar later werden zij elkaars heftige tegenpolen. En in Suriname, hoewel Soemita publiekelijk had bekend gemaakt moeite te hebben en sterker nog, nooit met Somohardjote te zullen samenwerken, bleek later aan het einde van 2010, en wel op 14 november van dat jaar, dat hij toch een geforceerde samenwerking met hem was aangegaan. Wat zien wij vandaag de dag? Somohardjo maakt publiekelijk bekend dat het hem koud laat, hij moet het maar zelf weten. Deze houding is niet fair en het strookt ook helemaal niet met de ‘mi casa su casa’ gedachte. Maar ja, politiek is hard.
De “Dwi Tunngalâ€, of ook wel de twee-eenheid in politiek Suriname zal nog heel lang in de lucht blijven hangen. Bovendien is het leiderschapsprobleem nog niet uitgesproken en dus ook lang niet opgelost. Het blijft een politiek probleem voor de Javaanse groep in Suriname. Uit de tijd van de periode van SRI kennen wij nog de intellectuele leider en bekende politicus F.R. Karsowidjojo. Maar de kollots (ouderen) hebben hem niet geaccepteerd. De religieuze leider tevens politicus Ramin Amat had het ook niet overleefd. De geestelijke tevens politieke leider bapak Iding Soemita had zich nog staande kunnen houden tot zijn periode in 1964. Toen kwam zijn zoon Willy Soemita in 1972, aan wie het ondanks kleine strubbelingen toch nog gelukt is om zijn voorzitterschap te blijven behouden tot 2000. Toen kwamen er jonge partijmensen die enkele kleine politieke partijen hebben opgericht zoals de D-21en NPLO. Zijn voorzitterschap kreeg hierdoor wel een deuk. De toen opkomende rebellerende veelal Javaanse politici hebben alle moeite gedaan om Soemita te onttronen, maar Willy Soemta heeft zich tot nu toe staande kunnen houden (maart 2012). Hoewel jonge dynamische krachten de gelegenheid kregen en de mogelijkheid daartoe duidelijk aanwezig was, durfden zij de steeds achteruitgaande partij niet over te nemen. Van Somohardjo mag gezegd worden dat hij nimmer de strijd openlijk is aangegaan om de voorzitter van de KTPI te bevechten. Wel heeft hij een enkele keer uitspraken gedaan op het podium om de KTPI te verslaan.
Somohardjo is erin geslaagd om met eigen kracht en inzet, ondersteund door zijn intensieve propagandavoering en zijn standvastige achterban, in de verkiezingen van 1996, vier ( 4 ) “gouden†DNA zetels te behalen. In 2000 haalde hij 6 zetels binnen, hetgeen hem een ruime plaats in de nieuwe regering van toen opleverde. Hij maakte deel uit van de regeringscoalitie. Maar zijn ministerschap was wel van korte duur. Duidelijk is wel gebleken dat zijn leiderschap niet wankel en niet te stuiten is. Hoewel niet echt officieel, maar zijn politieke macht was duidelijk merkbaar. W.Soemita en Somohardjo blijven politieke vrienden, doch de Javaanse achterban is duidelijk Somohardjo-gezind. Het is nu eenmaal een feit in politiek Suriname dat wie de politieke macht bezit eveneens de mogelijkheid heeft om zijn achterban te accommoderen (regelen). Politiek Suriname waar gaan wij naar toe?
Kadi Kartokromo