Ferdinand Welzijn, voorzitter van de Vereniging Surinaams Bedrijfsleven (VSB), adviseert de regering liever te kiezen voor het model van subjectsubsidie dan voor objectsubsidie. President Desi Bouterse heeft aangegeven een beleidsvoorstel te zullen uitwerken, die de prijzen van goederen betaalbaar moet maken voor de kleine man. Welzijn stelt concreet voor om het model van subjectsubsidie door te voeren middels het aanpassen van de belastingschijven. Loontrekkers zouden hieruit een belastingvoordeel opdoen. De VSB-topper waarschuwt voor objectsubsidie. Dit model zal het marktevenwicht verstoren en negatieve effecten teweeg brengen in de economie. Bij objectsubsidie bestaat de mogelijkheid dat één of meerdere importeurs worden gevraagd goederen tegen een lager bedrag aan te kopen, waarbij de overheid het verschil betaalt. Welzijn zegt dat dit oneerlijke concurrentie en corruptie in de hand werkt.
‘Geselecteerde importeurs in de gelegenheid stellen om basisgoederen te importeren en die tegen gesubsidieerde prijzen te verkopen, stimuleert nepotisme en corruptie. Immers wie zal controle uitoefenen c.q. inzage hebben in aankoopprijzen en de bedragen die uit de algemene belastingmiddelen daarvoor zullen worden betaald?’ Welzijn zegt dat precies daar het probleem van objectsubsidie zit. Een ander negatief aspect rond objectsubsidie is dat ook individuen die het zich ruim kunnen veroorloven en zelfs geen belasting betalen, uit belastingmiddelen gretig mee gaan profiteren van deze subsidie. “Zie daar weer een oneerlijke situatie die overigens nergens in de wereld goed werkt.†Het is volgens de VSB-topper beter om sociaal zwakkeren middels directe middelen tegemoet te komen bijv. het betalen van hun vaste uitgaven (water, elektriciteit, schoolkleding, huishuur, busgeld etc.) dan levensmiddelen te subsidiëren.
De VSB huldigt nog altijd het standpunt van vrije handel binnen de perken van het acceptabele. Welzijn bedoelt hiermee dat malafide handelaren die tegen woekerwinsten basisgoederen aan de man brengen, aangepakt dienen te worden. Prijscontrole op de basis levensbehoeften is van eminent belang. ‘Er dienen daarom goed werkende handhavingsmechanismen in het systeem te worden gezetâ€, aldus VSB-voorzitter Welzijn.
De regering had in januari jongstleden aangegeven om middels het conditional cash transfer programma het subjectsubsidiemodel toe te passen. Uit een IDB-fonds van US$ 20 miljoen zou een financiële tegemoetkoming worden gegeven aan arme gezinnen om de gestegen kosten van levensonderhoud het hoofd te kunnen bieden. De ministeries van Financiën, Sozavo en HI zouden dit project trekken. Financiën-minister Adelien Wijnerman tekende deze leningsovereenkomst op 13 februari 2012 met de IDB. Het programma zou worden uitgevoerd in het verlengde van de beleidsintentie van de regering Bouterse/Ameerali om goederen betaalbaar te maken voor de kleine man. Het staatshoofd had in zijn nieuwjaarsrede op 4 januari 2012 aangegeven dat dit programma dit jaar nog van start zou gaan.