Afgelopen weken heb ik de heftige discussie in Nickerie gevolgd tussen de heer H.Oemraw (voorzitter van de SPBA) en de heer J. Ganpat (LVV- coördinator regio west) over het ingezaaid areaal. Volgens de heer H. Oemraw is er dit seizoen minder dan 20.000 ha ingezaaid, terwijl de heer J. Ganpat praat van meer dan 22.000 ha. Ik denk dat deze twee heren bezig zijn het accent te verleggen. De heer H. Oemraw wil de schuld geven aan de heer J. Ganpat. Hij wil duidelijk maken dat door toedoen van hem er minder ingezaaid is, terwijl de heer Ganpat in de aanval gaat het tegendeel te bewijzen.
Zwakke boerenorganisatie binnen deze sector
De heer H. Oemraw is een hardwerkende voorzitter van een boerenorganisatie, de SPBA. Meneer Oemraw zit sedert het aantreden van de regering Bouterse/Ameerali, met een groot probleem. Hij heeft nu geen toegang tot de vicepresident en nog minder tot de president van het land. In het verleden (vooral de periode 2000-2010) kon hij de voorzitter van de VHP tij en ontij bereiken en de problemen voorleggen. In de periode 2000-2010 heeft de regering (eerst regering Venetiaan/Ajodhia en daarna Venetiaan/Sardjoe) haar volledige medewerking verleend aan de rijstboeren, waardoor de rijstboeren 6 keren subsidie en compensatie gekregen hebben. Deze lijn van H. Oemraw is nu uitgevallen en nu probeert hij via de parlementariër Doekhie ingang te zoeken bij deze hoge regeringsfunctionarissen, wat blijkbaar tot nu toe niet gelukt is. In het verleden kon de voorzitter van de SPBA, tij en ontij, zonder afspraak bij de districtscommissaris Hardeo Ramadhin gaan en hij werd onmiddellijk ontvangen. Meneer H.Oemraw heeft nu ook gemerkt dat sedert het aantreden van deze regering hij bij de districtscommissaris audiëntie moet aanvragen en rustig op de bank moet blijven wachten. Ik zal niet verder op deze materie ingaan. Feit is dat meneer Ramdien Sardjoe een ander houding etaleerde tegenover de rijstboeren en ook tegenover de boerenorganisatie. Ik wil meneer H.Oemraw vragen om zijn pijlen niet te richten op de ambtenaren van LVV, maar de minister van LVV ter verantwoording moet roepen over het gevoerd beleid.
Leidinggevenden bij LVV moeten weg
Intussen is de bekende rijstdeskundige in het rijstdistrict, de heer Lekhram Soerdjan, weg van Adron. Dat verhaal van dat hij bedankt heeft, is bezijden de waarheid. De machtigste man in Nickerie is allang bezig de poten van zijn Adron-stoel af te zagen. Er werd verteld dat hij “liefde†bedreef op Adron. Dit verhaal werd door de machtigste man van Nickerie uitgebreid in de nationale pers gegooid. Als men een hond wil slaan, vindt men makkelijk een stok. Op deze verfoeilijke wijze worden hardwerkende en eerbare burgers in het rijstdistrict besproken.
Nieuwe leiding bij LVV Nickerie
Zoals wij verwacht hadden, komt er weer een rijstdeskundige bij Adron. De naam van S .Jairam cirkelt al een poosje boven Nickerie. Ik ben toch blij dat men een deskundige en geen beunhaas op die verantwoordelijke post plaatst. Wij hebben een schaarste aan landbouwdeskundigen in Suriname. De politiek heeft een steentje bijgedragen dat velen het ministerie van LVV verlaten hebben. De machtige man van Nickerie heeft al laten doorschemeren dat ook de heer J. Ganpat moet vertrekken. In zijn plaats komt een meneer van Wageningen, die ook een landbouwkundige is. Men haalt twee deskundigen weg en men komt met twee andere deskundigen. Over die meneer van Wageningen kan ik weinig zeggen, maar van meneer Soedeschand Jairam (M.Sc) weet ik zeker dat hij alles zal doen om het goede werk van zijn voorganger voort te zetten. Met zijn landbouw en economische kennis zal hij niet als Adron-man moeten functioneren, maar hij zal de boeren ook bewust maken dat de hele rijstkolom een eenheid moet vormen, waardoor de sector betere resultaten kan boeken.
Eenheid en goed beleid is noodzakelijk voor de rijstbouw
De rijstkolom (de rijstboeren, de opkopers, de verwerkers, de machinehouders, de exporteurs en niet te vergeten de boerenorganisatie) moet een grote vuist maken om deze sector tot grotere hoogte te brengen. Elke burger van deze aardbol weet dat mijnbouwproducten eens zullen opraken, maar de agrarische sector zal blijven zolang wij vruchtbare gronden hebben. De Van Drimmelenpolder is al 101 jaar in cultuur (vanaf 1911); de Corantijnpolder is al 93 jaar in cultuur (vanaf 1919). De oude Rijsdijksluis, bij het crematieoord, is aangelegd toen de Corantijnpolder in cultuur werd gebracht in 1919. Op de regering wil ik een beroep doen om niet lukraak mensen weg te halen. Politieke verschillen hebben wij altijd gehad; politieke verschillen hebben wij nu ook, en in de toekomst zullen die politiek verschillen ook bestaan. De echte ontwikkeling gaan geen buitenlanders voor ons brengen. De nieuwe buitenlanders uit Azië zorgen niet voor economische groei, maar eerder voor kapitaalvlucht. Deze broeders verkopen voor een groot deel producten uit hun land (China) en de winsten blijven echt niet in Suriname. Hoeveel van deze broeders doen aan de landbouw en hoeveel landbouwproducten worden door hen geëxporteerd naar het Caraibisch gebied. Dit moet minister Hendrik van LVV ons komen uitleggen.
Tenslotte wil ik nogmaals de regering oproepen om hardwerkende Surinamers niet uit politieke rancune weg te halen, maar in te zetten voor de ontwikkeling van dit land.
Hardeo Ramadhin